28.2.07

Lee herinnert zich Clifford






















Oud werden ze geen van beiden, de jazztrompettisten Lee Morgan (links) en Clifford Brown (rechts). Lee Morgan, geboren in 1938, werd in 1972 doodgeschoten door zijn vrouw, Clifford Brown, geboren in 1930, stierf in 1956 ten gevolge van een auto-ongeluk. Lee Morgan met Art Blakey's Jazz Messengers in "I remember Clifford".
http://www.youtube.com/watch?v=VDbrxLz20JY

Indrukwekkend

Gistermiddag naar Artis. Ontdekte dat ik er veel te lang niet was geweest, bezocht onder meer de in 1882 geconstrueerde, schitterende gewelven onder het aquarium: de buizen zijn inmiddels van plastic, maar het pompsysteem functioneert nog steeds: zeven verschillende soorten waters (van warm zout naar koud zoet) met een totaliteit van 1,5 miljoen liter worden per etmaal gefilterd, zodat elke liter water een keer per zes uur ververst wordt.

Hepie & Hepie

Geen Elfstedentocht, maar toch een te lange winter? Hoor net uit het Friese dat Hepie en Hepie weer bij elkaar zijn.

27.2.07

Interfriese kromkonters met erbarmelijk proza



Wanneer de Friezen bijèènkomen, uit noord, oost of west, dan verschijnen ook onze verscheidende vlaggen. Een mooie en rijke verscheidenheid, vooral geworteld uit een roemrijk en ver verleden. Officieel geregistreerd zijn de vlaggen van Westerlauwers Fryslân en Noord-Friesland. Bij de Groep van Auwerk kwam in 2004, tijdens het driejaarlijks samenkomen van alle Friezen op Helgoland, de vraag op: waarom hebben wij geen gemeenschappelijke volks vlag? Een vlag waarin alle Friezen zich thuis voelen en herkennen. Tijdens de winter 2005-2006 zijn er een aantal vergaderingen geweest en is er over zo’n vlag gesproken, gefilosofeerd en tekeningen gemaakt. De deskundigen van de Fryske Rie fan Heraldyk is om raad en goedkeuring gevraagd. En zo is bij de herdenking van de Slag bij Warns op zaterdagmiddag, september 2006 de nieuwe vlag gehesen.
Het “Scandinavische” type
De nieuwe vlag is van het Scandinavische type. Het type vlag van de landen om de Noord- en de Oostzee. Genetisch, maar vooral ook cultureel, zijn wij met de volken uit het Noorden verwant. De verhoudingen in de vlag zijn ontleend aan de vlaggen van Noorwegen en IJsland, landen die net als Fryslân, de oude democratische tradities beschermen. Nederland en de meeste andere Europese landen hebben een vlag met horizontale of vertikale balken. De balken duiden op de drie Indo-Europese standen. De vlaggen van Westerlauwers Fryslân en de Groninger Ommelanden wijken hier sterk vanaf. Maar ook de Scandinavische, de Engels/Schotse en Baskische vlaggen spreken een andere taal.
De Kruisvorm
De vorm van het kruis roept een eeuwen oude band van het Friese volk met het kristelijk geloof op. De Deense vlag en de vlag van Engeland verwijzen naar die kruistochten, waar de Friezen ook in betrokken waren.
Al in het eerste millenium streden de Friezen voor de paus en de kerk. Ze vormden de “Zwitserse garde” van die dagen. De Kerk van Michaël en Magnus in Rome, het monument van Friso te Basoues in Zuid-Frankrijk verwijzen naar die tijden. (De Basken zien in de witte horizontale balk van de kruis, in hun vlag, de traditie en in de vertikale balk de spiritualiteit, het geestelijk leven.)
Tegelijkertijd is het kruis in veel ouder teken. Oorspronkelijk was het kruis een zonneteken. De zon maakt over de aarde –schijnbaar- twee bewegingen. Alle dagen opnieuw de gang van oost naar west en alle jaren de beweging van zuid naar noord en terug. Op door de Romeinen afgebeeld Keltische schilden ziet men al de metalen kruizen aangegeven.En op prehistorische Zweedse rotstekeningen zijn de kruizen ook als zonnetekens te interpreteren. Door de vertikale balk naar links te verschuiven, wordt de dynamiek van het kruisvorm versterkt. Het rechthoekige vlak is de aarde.De vlag symboliseerd zo de zon die over de aarde streelt en licht en warmte geeft. Direct of indirect de bron van energie die onze planeet tot een goede woonplaats maakt.
Op de derde plaats verdelen de Indo-Europeanen ruimte en tijd in vieren. Al op prehistorische tekeningen ziet men in vier stukken verdeelde rechthoek als beeld van de aarde. Karel de Grote voerde de twaalf tallen van Mesopotamië in en Napoleon bracht twee eeuwen geleden het decimale stelsel. Maar het oude vierdelige stelsel werd niet vergeten. Officieel bleef alleen de windroos als viertalig over. Maar de mensen gingen door met betalen in rijksdaalders en kwartjes en wij jubileren nog met 12.5 en met 25 jaar.
Wij spreken van Oostergo, Westergo, van West-Fryslân, West-Friesland, Oostfriesland en Noordfriesland en van het Zuiderlaag en van de Noordoostpolder. En natuurlijk: Een uier van een koe heeft vier varen. Bij dat vierdelig denken past een vierdelige vlag.
De kleuren
De kleuren van de vlag zijn geleend van de vele Friese vlaggen. De gele kleur vindt men in de Noordfriese vlag en in de vlag van Saterland; in onze provincievlag en in de vlag van West-Friesland (NH) staan de gouden leeuwen. Blauw ziet men terug in alle Friese vlaggen. De witte kleur in de vlag van Helgoland, West-Fryslân, Westergo en de Ommelanden. De rode kleur van de pompeblêden in het WestFriese en het Ommelandse wapen, in die van Oostergo, Saterland, Oostfriesland, Helgoland en Noordfriesland.
Goudgeel is de hoofdkleur van de vlag. Het goud staat voor de vruchtbare aarde; bedekt met boterbloemen, noten of koolzaad. Om de Frieslanden heen liggen de dijken als “de gouden hoepen”. Goudgeel is een aandenken aan diegenen die zich destijds met goud bekleden; tegelijkertijd is het in wens voor een bloeiende toekomst.
In de vier gele velden liggen de vier pompeblêden, die staan voor de hedendaagse verscheidenheid aan de Frieslanden, West, Oost, Noord en Zuid (Friezen om útens, de Friese ommelanden). Rood staat voor macht. De macht is bij de Friezen nooit in enkelvoud te vinden. In de vlag wijzen ze naar elkaar toe om gelijkwaardig samen te werken.
Met de pompeblêden, harten of “spanen” (blokjes) zijn de oude wapens en vlaggen van de noordelijke volken bezaaid. Oorspronkelijk zijn het de koppen van de spijkers waar het leer op de houten schilden mee vastgenageld werd. De harten werden verbonden met de bladeren van de lelies, de gele plompen of de bladeren van de lindeboom. De lindeboom staat als vrouwelijke boom naast de manlijke eikeboom. Keltische krijgers beschilderden hun lijven met pompeblêd-vormen. Het vrouwlijke lichaam of limoer (uterus) wordt ook als pompeblêd getekend. Het is een vrouwlijk symbool, te verbinden met het oud europees matriargaat, dat bij de Ingweonen (volgens Tacitus de stammen rond de Noordzee) altijd grote invloed gehouden heeft .
Het blauw staat voor de wateren tussen de verschillende Frieslanden, de sloten en vaarten ten behoeve van afwatering en omheining van weiland en akkers. Het witte kruis verbindt het viertal. Het wit van het zonlicht dat over de wateren stroomt en schittert. Het wit van de vrede.
De Friezen wijsden aggressief oorlogsvoeren af, maar als ze werden aangevallen, dan goldt het “liever dood dan slaaf”. In het verleden zijn de Friezen uit elkaar gescheurd omdat ze bij verschillende nationale staten hoorden. In het licht van Europa kunnen wij nu in vrede samenkomen.
Zo symboliseerd deze vlag de oeroude Friese beelden en idealen. Tegelijk verbeeldt het de idealen en wensen
die naar de toekomst toe nog niet aan betekenis hebben verloren. Wij hopen dat de interfriese vlag voor en tot ons volk zal spreken.

Groep fan Auwerk

Een groep die o.a. de volgende slagzin hanteert: "Een ding staat voorop: alles voor het vaderland" en dat maakt meteen duidelijk uit welke richting de wind waait.

OY!HOO

Ben druk bezig met de voorbereiding van negen uur radio voor de Joodse Omroep: concertopnamen en interviews van Het OY!HOO-festival in New York jongstleden september. Uren muziek moeten worden gereduceerd tot hapklare brokken, oeverloos gepraat gecomprimeerd tot zinvolle taal.

Lemire Twins


Het is uiterst vermakelijk te bedenken, dat toen in Nederland in 1811/12 achternamen moesten worden bevestigd of worden aangenomen, er mensen waren die dachten dat hun maatschappelijke status zou stijgen als ze zich Keizer, Koning, Prins, Baron, Hertog of Jonker gingen noemen. Admiraal, Commandant en Ritmeester vallen in een andere categorie, maar het doel was hetzelfde. Ook bij Lemaire is de vraag of de aanvrager van de naam werkelijk burgemeester was.
Omdat Amerikanen de gewoonte hebben iedere naam te verbasteren, Parijs' prachtstraat wordt Sjempsielaizies, de Duitse filosoof, Nietsjie, zullen de Lemire tweeling ongetwijfeld Lemaire hebben geheten.
http://www.youtube.com/watch?v=iAxYotkd5Vs

Spylje & Boartsje

Vanmorgen eens uitgezocht wat ik al jaren merkwaardig vond: het onderscheid dat het Fries maakt tussen spelen en spelen. Ik bedoel tussen spylje en boartsje: het ene doe je bijvoorbeeeld op een viool, het andere bijvoorbeeld met poppen. In het Nederlands wordt in beide gevallen spelen gebruikt en wonderlijk genoeg blijkt er ook geen onderscheid te zijn in het Duits, Engels, Frans, Italiaans, Spaans, Porugees en Russisch. Hoe zou het komen dat het Fries dat onderscheid wel maakt?

26.2.07

Banjo


Een piepklein banjospeldje, geheel in tegenstelling met het banjomonster dat Duke Davis speelt.

http://www.youtube.com/watch?v=bdVGh8L-39g

It giet oan

Gisteravond heb ik mij voort en dadelijk om halve negenen samen met buurvrouw Klaver in haar huis daalgezet om naar “It giet oan” te zien. Dat was een heel grote flater, niet dat ik bij vrouw Klaver in de huis zat, maar dat wij de tillevisie aan hadden, want wat hadden de Hollanders zich weer van ons Elfstedentocht mondriem gemaakt. Ik zei tegen vrouw Klaver: ik kan over zulks puur lelijk worden, ik moet er haast van spuien. In het voorste plek zien ze naar ons alsof wij aardappelkevers zijn met ons reedrijden en dan nemen ze met haar malle meneuvels er helendal beheren van, krekt zoals ze dat met de tocht zelf ook gedaan hebben, de overkomelingen. Zit een vrouwmens wat uit te leggen, krijgen ze het in haar hersens om dwars door dat vrouwmens petaar een heel orkest marsken te laten. Het was weer allerovergrijselijkst en ik ben nog altijden blij dat ik mijn eigen tillevisie naar de bijkeuken geavanceerd heb.

Vrouw Ymkje Sinnema - Meindertsma, Rotsterhaule

Mark Spoelstra


"White Winged Dove" staat op de Elektra-elpee "Folksong '65". Vorig jaar, nadat ik de Dylandocumentaire had gezien, heb ik de biografie van de schrijver/zanger/gitarist in de hoes van de elpee gestopt. Ik heb toen zelfs een paar keer contact met hem opgenomen, want zijn Friese naam Mark Spoelstra intrigeerde me. Het zou toch prachtig zijn als iemand die ooit samen met Bob Dylan had opgetreden, voor een televisieprogramma zou terugkeren naar het land van zijn voorvaders? Maar de Friese mediamoguls waren niet geinteresseerd, sterker nog ze beantwoordden mijn suggestie noet eens. Nu hoeft en kan het niet meer, want ik kreeg vandaag deze email:

Dear Friends,

Today my father passed away here in his lovely but modest home in the Sierra Foothills of California. There was snow on the ground and we could see the trees which surround the house like sentinels sway with the force of another approaching storm. We held him as he left us and I know he had no fear and felt no pain, and even though his life was cut short he found the strength to remind each of us that he loved us. I will miss him greatly.

Regretfully,

Joshua Spoelstra

25.2.07

Harley limousine


Moeten ze bij de Hell's Angels toch eens over nadenken.

Händel voor zondag


http://www.youtube.com/watch?v=yhlm232KRlQ

24.2.07

Document


Een typische Robert Crumb-tekening van Whistler & His Jug Band een gezelschapje dat in 1915 in Louisville, Kentucky werd opgericht en geleid werd door Buford Threlkeld, zanger/fluiter/gitarist. De eerste opnames dateren van september 1924, ik heb "Chicago Flip" en "Jerry o'mine" op de elpee "Tub Jug Washboard Bands 1924 - 1932". In 1927 werden er opnieuw opnames gemaakt en de laatste keer (overigens steeds in een ietwat andere samenstelling) in 1931. Een van de jugblazers in het filmpje is de zeventienjarige Rudolph Thompson. Ik heb nooit kunnen dromen dat ik deze jugband, n.b. met meer dan een jug, ooit zou zien.
Een document: "Foldin' Bed" opgenomen in 1931. http://www.youtube.com/watch?v=_0tW0awXsZE

Mileuvriendelijk?


De firma is ongetwijfeld genoemd naar de `"Kroatische Edison", de uitvinder van de wisselstroomgenerator, Nikola Tesla: Tesla Motors, maker van nevenstaande electrische cabriolet, die in in vier seconden boven de 100km/u komt. Hollywood is er dol op om zo het milieu te beschermen: geen CO2-uitstoot, maar over waar de energie vandaan komt, die het mogelijk maakt om even snel op te trekken als een Porsche, is niet nagedacht.
De auto kost $92.500,--, maar er zit een addertje onder het gras, kopers moeten intekenen en aanbetalen en dat kan op twee manieren:
Premium Buyer $50,000 reservation payment
I would like the next available Tesla roadster slot. Current delivery estimate is May 2008.
Patient Buyer $30,000 reservation payment
I understand that premium buyers will be placed ahead of me on the list. Current delivery estimate is on or before the fourth quarter of 2008.

Houtversnipperaar

Vanmorgen om negen uur begint een houtsnipperaar verderop in de straat te loeien. Vijfentwintig meter verderop staat de synagoge, waar de dienst om half tien begint. Ik loop naar buiten, naar de beide heren die de machine bedienen en vertel hun op vriendelijke toon dat er even verderop een kerk staat, want ik veronderstel dat ze het woord synagoge niet kennen, en vraag vervolgens of ze op zondagmorgen voor een gereformeerde kerk ook hun loeiende versnipperaar op zouden stellen. Er moet geld verdiend worden is het antwoord. Ik zeg dat je toch rekening kunt houden met een ander. Opnieuw wordt gewezen op de noodzaak van geld verdienen en dat de tijden veranderd zijn. Ja, zeg ik, dat weet ik, ik hoef geen angst te hebben in oostelijke richting te worden afgevoerd. Vervolgens noemt de oudste van het tweetal mij een mafkees en vind dat ik op moet donderen. Thuisgekomen bel ik de politie en krijg ik als antwoord, dat men geen actie wenst te ondernemen. Klaarblijkelijk lopen in het
G(o)oi veel mensen rond met versnipperde hersenen.

Helpdesk 4

Het toch al minieme schedeltje van het mannetje of vrouwtje achter de Helpdesk van HetNet loopt ook nog eens twee millimeter boven de oogkassen onder een hoek van vijfenveertig graden weg in de richting van de nek, want wie dacht dat het probleem na maanden (en op dit blog aangekaart op 19 februari) is opgelost komt bedrogen uit. Ik ontving opnieuw bericht van de Helpdesk dat een door mij verzonden email ontvanger vanwege diens volle brievenbus niet had bereikt, terijl ik de man nooit een email had gestuurd. Vervolgens ontvang ik onderstaand bericht:

Als in niet begrijpend reageer, krijg ik volgende email:
Geachte heer/mevrouw, Wij ontvingen van u een e-mail over opzeggen van een van onze diensten of abonnementen. Helaas bevatte uw bericht niet alle gegevens die wij nodig hebben om uw verzoek te verwerken. Wij verzoeken u daarom uw verzoek nogmaals te doen via het webformulier op Het Net Help. Ga hiervoor naar http://www.hetnet.nl/help en geef als zoekopdracht in 3425. Wij zullen uw verzoek dan zo snel mogelijk verwerken. Met vriendelijke groet, Het Net.
Ik waag nog een poging en leg mijn probleem nog een keer uit en waarachtig er komt weer een nietszeggend antwoord:
Geachte heer/mevrouw,
Wij hebben uw verzoek doorgestuurd naar de juiste afdeling.
Deze zal uw bericht zo zorvuldig mogelijk afhandelen. Hiervoor hebben zij echter wel meer tijd nodig dan u normaal bij de behandeling van uw vragen van ons gewend bent. In geval van opzegging zal uiteraard de datum van ontvangst van uw e-mail als uiteindelijke datum van ontvangst van uw opzegging gelden.
Mogelijk neemt één van onze medewerkers nog telefonisch contact met u op via het bij ons van u bekende telefoonnummer. Indien wij via een ander nummer contact met u op dienen te nemen verzoeken wij u dit in antwoord op dit bericht aan ons te laten weten.
We streven er naar u zo spoedig mogelijk een antwoord te sturen. Houdt u echter wel rekening met een langere behandeltijd.
Ik wacht af.

Steamboat Whistle Blues


John Hartford kwam met een enorme hoeveelheid bagage, met de trein uit Parijs aan op het Centraal Station in Amsterdam. Het moet in 1977 of ‘78 geweest zijn. Ik bood aan het een en ander te dragen, maar hij weigerde mijn diensten pertinent , want anders ‘raakte hij uit evenwicht’. We laadden alles in de Minor en toen ik hem vertelde over de werf ‘t Kromhout, waar oude schepen werden gerestaureed, wilde hij, voordat ik hem bij het hotel afleverde, eerst daarheen. Ik wist namelijk van zijn interesse in schepen en ook dat hij, net als Mark Twain, zelfs zijn diploma als loods op de Mississippi had gehaald. Wij zijn een hele dag samen opgetrokken en ‘s avonds heb ik zijn concert in, ik meen, ‘De Melkweg’ opgenomen. John was (hij overleed in 2001) een fantastische muzikant, die zich zich bij tijd en wijle, zoals op dit filmpje te zien is, al ‘cloggend’ ritmisch begeleidde.
http://www.youtube.com/watch?v=wU_LBUub23M

Morris 2


Midden jaren zeventig reed ik een Morris Minor, een “Traveller”, door een collega liefdevol “Engels landhuisje op wielen” genoemd. Ik heb de voor mijn lengte ongemakkelijke stoelen vervangen door de leren zetels van een Wolseley 15/50, dat was een fluitje van een cent want de gaten om die te bevestigen zaten al in de vloer en ik vermoed daaom dat beide auto’s op de dezelfde bodemplaat geconstrueerd werden. Het enige waar ik problemen mee had was het vullen van de armschokbrekers achter en toen ik erachter kwam dat Koni “gewone” schokbrekers maakte, die ik met behulp van hulpstukken kon installeren, was het pleit gauw beslist: de Minor kreeg voor en achter Koni’s en de rijeigenschappen gingen tegelijkertijd met sprongen vooruit.
Ik heb een paar jaar in de Minor gereden en hem daarna verkocht aan een binnenhuisarchitect uit San Diego. De man heeft er negen maanden mee door Europa getoerd en moest in Italië alleen een lagertje in de dynamo laten vervangen. Uiteindelijk heeft hij hem meegenomen naar de Verenigde Staten en is er mee van de Oostkust naar zijn huis in Californië gereden.

23.2.07

Wijn


Zoiets lees je nou nooit eens over pindakaas.

London ontmoet Papasov



Frank London's Klezmer Brass All Stars: Frank London (op de video de meest rechts staande trompettist) en Susan Watts, trompet. Curtis Hasselbring, trombone. Merlin Shepard, clarinet. Aaron Alexander, drums. op banjo oud-Kapelyelid Henry Sapoznik en Mark Rubin op helicon tuba. Vervolgens aangevuld met Ivo Papasov, clarinet, Yuri Yinokov, sax, Nesho Neshev, accordeon and Salif Ali op drums.
http://www.youtube.com/watch?v=NJBFzsAa6CM

Washington Post


Sousa

Morris

Een aantal Europese fabrikanten heeft na de Tweede Wereldoorlog geprobeerd een kleine auto naar de Verenigde Staten te exporteren, behalve Volkswagen is dat in feite niemand gelukt. Renault kwam met een wat exorbitant uitgedoste Dauphine, speciaal voor de Amerikaanse markt, zelfs de Morris Minor werd op de boot naar New York gezet en heeft er nota bene een veranderd uiterlijk aan te danken: de koplampen werden hoog in de schermen geplaatst, omdat de Amerikaanse autoautoriteiten dat eisten.

Oorspronkelijk had de de door Alec Issigonis ontworpen Minor de koplampen naast, of beter min of meer geincorporeerd in, de grille. Ik heb die oplossing altijd wat chiquer gevonden.

Het oorspronkelijke ontwerp was eigenlijk nog fraaier en heette zelfs niet Minor (een naam die voor de oorlog al door Morris gebruikt was) maar Mosquito. Het was toen Issigonis de auto tekende een even revolutionair ontwerp als zijn latere Mini.
Zelfdragende carrosserie, onafhankellijke vering voor en achter, een liggende viercylindermotor en de lampen zelfs achter de grille: kortom een voor die tijd prachtig aerodynamisch autootje. Maar vanwege kostenfactoren verdween de onafhankelijke achterwielvering en werd bovendien een vooroorlogse zijklepmotor geinstalleerd. De koplampen werden achter de grille vandaan gehaald.

De Minor heeft uiteindelijk veel succes gehad: er zijn in allerlei vormen tussen 1948 en 1971 meer dan anderhalf miljoen exemplaren van de band gerold, maar een succes in de Verenigde Staten? Nou, nee.

22.2.07

Rapen

Jelui weten dat ik slecht over kaalplassen kan. Manlui moeten het zelf weten vanzelfs, maar ik zou niet graag als faksist bezien willen worden, als men op jaren komt en misgaan heeft van haaruitval, dan is het al slim genoeg, maar als een jongkerel zijn plas kaal scheert omdat het mode is, dan is er niet allenig iets op de plas, maar ook in de plas wat tijge mis. Gistermiddag, zij had vrij van school, kwam Triny, een van mijn beppezegsters langs. Zij is vijftien en kwam met een foto aan van een Amerikaans vrouwmens, als ik de naam goed vastgehouden heb, Brittie Speer. “Beppe”, zei Triny, “ik vind dat zo mooi, ik wil dat ook hebben, maar heit en mem willen het niet. Wat denkt beppe van zulks?” Nu zijn de rapen gaar, dacht ik. “Meisje, doe niet zo nuiver. Je hebt zulk mooi haar.” “Janny, mijn vriendin, wil het ook zo graag hebben en haar heit en mem vinden het goed”. “Nou dat moeten de ouden van Janny dan maar weten”, heb ik gezegd, “harrekrastus, ik moet er niet aandenken en je hoeft zo niet bij beppe op het dak te komen".

Vrouw Ymkje Sinnema - Meindertsma, Rotsterhaule

Big Noise


De Bob Cats was een kleine groep geformeerd uit het grote orkest van Bob, de jongere broer van Bing, Crosby. Zo'n kleine formatie was niet ongewoon in de jaren dertig: Goodman en Dorsey hadden ze ook. Bassist Bob Haggart en drummer Ray Bauduc uit de Bob Cats met hun fameuze "Big Noise From Winnetka" dat op 14 october 1938 op de plaat werd gezet.
http://www.youtube.com/watch?v=-Xr4YWSAitw

Moppen

Moppen moet je niet lezen maar horen. Toch heb ik een behoorlijk aantal boeken met joodse humor, het beste is ongetwijfeld “Röyte Pomeranzen or how to laugh in Yiddish”, van Immanuel Olsvanger. De grappen in dat boek zijn ver verwijderd van de Tailleurwitzen, die altijd in een vet accent werden verteld, dat door Marie en Krelis voor jiddisj werd versleten.
Laat ik het verschil duidelijk proberen te maken, eerst een Tailleurmop en daarna een grap die wel Joods is.

Mooz en Zam ontmoethen elkaar op dhe thram. Ob lijn 5, wanth zoietz wil ‘n mensj wethen. Ze hebben elkaar ‘n maandh nieth gezien.
“He”, zeg Mooz, “ hoe gaath-ie Zam? En hoe isj ‘th meth Zaar?”
“Ach, Mooz, wath zal ik je zeggen. Ik heb al dhrie weken ruzie met ‘r.”
“Jij, ruzie meth Zaar?”
“Ja, ik ruzie meth Zaar. Dhrie weken geledhen waren we ob verjaardhagswisithe bij Maub en Judith. Was ik iethsj the wriendelijk thegen Judith, zindsjdhien wil Zaar me nieth meer kennen. Ik zlaab in dhe woorkamer op de dhiwan?”
“Nee, Zam, dath zal thoch niet waar wezen, jij ob dhe dhiwan.”
“Ach, Mooz, ik heb al een paar nachthen gebrobeerdh in m’n eigen bed naast m’n eigen Zaar te zlapen, maar ze dhoeth de zlaabkamerdheur op zloth.”
“Nee!!!”
“Ja, wanachth heb ik nog woor de zlaabkamerdheur gesjthaan. Heb geroepen: “Zaar, m’n eigen liefsjthe Zaartjhe, dhoe thoch open.” Zeg ze: “Nee, Zam, jij komb d’r woorlobig bij mij nieth meer in.”
“Ach Zaar, alz je eensj wisjth waarmee ik op dhe dheur klob.”

De namen Sam, Moos in zo’n Tailleurmop kunnen zonder enig bezwaar vervangen worden door Jort en Matthijs.

De volgende grap is van een totaal ander kaliber.

Het circus is al een paar dagen in de stad en Mosje zeurt Kohn z’n kop gek. Hij moet en zal met Kohn naar het circus. Maar Kohn houdt de boot af: “Ik heb al zoveel circussen gezien, ik hoef niet meer”. Het gezeur van Mosje houdt nog een tijdje aan en uiteindelijk geeft Kohn toe: ze gaan naar het circus. Mosje vindt alles prachtig. De paarden. Kohn reageert negatief: “Heb je een paard gezien, dan heb je ze allemaal gezien”. De clowns. “Altijd dezelfde flauwe grappen, voor mij hoeven ze niet.” De olfifanten. “Had ik je zo kunnen vertellen, gaan ze op zo’n tonnetje staan.”
De leeuwen. “Springen door een hoepel, nou en?” Uiteindelijk komen de koorddansers.
Mosje: “Is dat niet schitterend en zonder net”.
Kohn: “Met net, zonder net, op een fietsje, op elkaar schouders, ze moeten eens met wat nieuws komen”.
Mosje: “Wacht nou maar af”.
Een van de koordansers neemt een tafeltje en een stoel op zijn schouders, zet de tafel omgekeerd op het koord, zet op een van de tafelpoten de stoel, ook omgekeerd en gaat op zijn hoofd op de omgekeerde stoel op de omgekeerde tafel staan. Hij haalt uit zijn binnenzak een piepklein viooltje. En speelt de Partita nummer 2 in d klein van Bach.
Waarop Mosje: “Is dat niet fantastisch, is dat niet.....”
Kohn: “Ja, maar een Yehudi Menuhin wordt hij nooit.”

21.2.07

Tailleur

Een piece de resistance van Het Joods Historisch Museum schijnt Max Tailleur te zijn, zag ik in Het Journaal. Hoe kan het dat niet alleen mijn vader een gruwelijke hekel had aan de meer dan banale humor van de man? Goise ongein, heette het bij ons thuis. Een erger kwalificatie van niet-deugende humor was niet denkbaar.

Doc


Jaren geleden interviewde ik hem in Amsterdam en nam vervolgens een concert met hem op in Den Haag: de sublieme gitarist Doc Watson. Hier staat hij nu eens niet op de bühne, maar zit in de eigen huiskamer terwijl zijn broer met zijn echtgenote op Docs "Salty Dog" aan het stepdancen zijn.
http://www.youtube.com/watch?v=_t6-NhuZc5E

Dick & Toonder

Citaat bladzijde 105 "Van Pom, Verk en Fop":
"Ik?", zei Pom. "Wel, ik geloof, dat ik het bikkelen het leukste vond. Niet om de bikkels, zie je, maar om Kras, als je begrijpt wat ik bedoel."

Verzamelen 3

Hoe zat het met de rest van de muziek in huize Bloemendaal? Geluisterd naar populaire muziek (ik weet niet eens hoe die toen genoemd werd) werd er wel, maar platen met dergelijke klanken werden niet aangeschaft. Mijn vader bezigde het motto: waarom geld uitgeven aan iets dat je twee weken later al kan weggooien. Ik wist dus wel wie Max van Praag, Jan Gorissen en Jan Corduwener waren, maar verder dan betaald te worden uit het luistergeld, zijn ze in Goudsbloemstraat 19 in Leeuwarden nooit gekomen. Mijn vader overleed, we woonden toen al negen jaar in Den Haag, plotseling eind 1962, maar dat betekende niet dat zijn principes betreffende het kopen van populaire muziek door mij overboord werden gezet: muziek waaraan je geld uitgaf, moest boven alles duurzaam zijn: “klassieke” muziek, jazz, folklore voldeden aan dat criterium. Het was dan ook met enige schroom dat ik in 1964 in een voor mijn volslagen onbekende platenzaak aan de Stationsweg in Den Haag, vlakbij het eindpunt van de tramlijnen 8 en 9, met veel schroom twee singletjes kocht . Het ene van The Beatles, het andere van The Dave Clark Five. (http://www.youtube.com/watch?v=Mb4I-FtEAXE) Ik voelde mij een verrader. Dat gevoel veranderde langzaam, vooral nadat ik Dylan ontdekt had.

20.2.07

Phiny Dick



Een vreugdevolle, maar ook een nerveuze dag: in Weesp vind ik in een winkel een lang verloren kinderboek terug. Ik weet niet eens zeker of ik exact dit boek van Phiny Dick had. Maar zij schreef het en het gaat over Pom van de Pomheuvel en dat is voor mij voldoende. “Van Pom, Verk en Fop” heet het en het werd geillustreerd door iemand wiens naam me toen niets zei, haar echtgenoot Marten Toonder. Ik ben blij, maar ook zenuwachtig, is het boek na meer dan zestig jaar nog steeds in staat me laten lachen? Ik heb het een paar uur geleden dichtgeslagen, uit.
En ik heb, net als toen, veel gelachen. Dat noopt tot citeren.

“Maar Konijn schuidde langzaam z’n hoofd. “Ik moet een naam verzinnen”, vroeg hij.
“Een naam?” vroeg Pom. “Waarvoor een naam?”
“Een naam voor mezelf”, legde Konijn uit. “Jij hebt toch ook een naam? Jij heet Pom en al vind ik dat nu ook niet erg mooi, het is er toch maar een.”
“Ja, ja “, zei Pom.
“En wanneer ik door het bos loop”, ging Konijn verder, “en Iemand roept: “Konijn!”, dan komt m’n hele Familie en Over-Familie er aan, omdat ze allemaal “Konijn” heten. En daar word ik zo moe van! En nu loop ik een naam te verzinnen voor mezelf.....al een wandeling lang.....maar ik kan niets bedenken. En toen dacht ik bij mezelf: “Kom, ik ga naar Uil”, maar omdat ik zo erg nadacht ben ik hier terecht gekomen. Weet jij bij geval een naam voor me, Pom?”
“Hm”, zei Pom. “Hm, wacht een even.....Ik zal een glaasje Bosbessensap voor ons inschenken”, zei Pom, “dan kunnen we beter nadenken!”
En hij daalde in het keldertje af, waar alleen maar Lekkere Dingen stonden.
“Dit is mijn laatste fles”, zei Pom, toen hij terug kwam. “Maar, ja, een naam verzinnen is moeilijk en wanneer je Bosbessensap drinkt gaat het makkelijker.”
Ze dronken en Konijn vroeg: “Weet je al iets?”
“Nee”, zei Pom.
“Ik ook niet”, zei Konijn.
Pom schonk de glaasjes weer vol.
“Weet jij al iets?”, vroeg Pom, toen ze weer gedronken hadden.
“Nee”, zei Konijn.
“Wel”, zei Pom, “dan moesten we de fles maar leeg maken.....hoewel het mijn laatste is. Ik weet ook nog niets, zie je.”
Ze maakten Poms laatste fles Bosbessensap leeg.
“Weet je”, zei Konijn langzaam. “Het zou eigenlijk een deftige naam moeten zijn. ik ben niet iemand, die bij voorbeeld “POM” zou kunnen heten, vind je wel, Pom?”
“Nee”, zei Pom. “Waarom eigenlijk niet, Konijn?”
“O, eh......zomaar zei Konijn. “Dat is een kwestie van Persoonlijkheid. Uil heeft het me uitgelegd, zie je. het was erg moeilijk.”
“O, ja”, zei Pom, die er niet van hield om over Moeilijke Dingen te praten. “Ik weet anders wel een deftige naam!”, voegde hij er aan toe. “NICODEMUS! Vind je dat niet mooi, Konijn?”
“Nico-de-hoe?”, vroeg Konijn.
“Demus”, zei Pom.
“Ik ben een Konijn, Pom en niemand heeft me ooit een Mus genoemd”, zei Konijn bedroefd. Ik wil niet “Nico-de-mus” heten. Het is niet deftig. Het klinkt niet.”
“Ik heb een ezel gekend, die zo heettte”, verzekerde Pom.”Dat was een deftig Iemand. Hij droeg rode riemen over zijn schouders en hij kon lezen, net als Uil!”
“Maar ik wil niet zo heten”, hield Konijn vol. “Als je niets anders weet, ga ik maar naar huis, want zo’n naam wil ik niet hebben. Dag Pom. Bedankt voor de Bosbessensap.”

Ik had dankzij Phiny Dick, na al die jaren opnieuw een pracht dag, vandaag.

Roy Book Binder


Roy Bookbinder (of Roy Book Binder, zoals hij zijn naam al weer enige tijd spelt) is een zanger/gitarist die zich buigt over het werk van onder meer Pink Anderson. Het aardige is dat Roy ook verhalen over zijn helden vertelt.

Verzamelen 2

Steevast terugkerende vraag in interviews: “Maar welke muziek vind je nu echt mooi, Wim?”
Ik heb in de loop der jaren heel wat verschillende antwoorden gegeven. Gezegd dat ik een beschuit met nagelkaas en daarop een stuk roggebrood even lekker vond als een boterham met
bleu d’Auvergne, dat ik een Gloster Meteor even mooi vond als een Tiger Moth en dat ik geen onderscheid wilde maken tussen De Falla, Matamoros en Ledbetter, om maar een paar namen te noemen. Vervolgens werd er met ongeloof gereageerd: er moest toch een favoriete muzieksoort zijn.Die is er niet. Dat komt deels door mijn opvoeding: mijn vader was net zo’n alleseter. Ik werd als kind al blootgesteld aan “klassieke” muziek, aan jazz en aan folklore.
Ging als dertienjarige mee naar concerten van de “Leeuwarder Orkest Vereniging” o.l.v Cor Ket, al moet ik toegeven dat Johannes Brahms niet mijn voorkeur had, de Spaanse en Russische componisten daarentegen wel Thuis waren er grammofoonplaten met cobla’s, met klezmer (dat toen overigens niet zo heette) en jazz, waarbij het opvallend was, dat mijn vader, wat betreft de laatste categorie een modernere smaak had dan ik. Hij kocht een langspeelplaat van Charlie Parker en ik een EP-tje van King Oliver, maar het was altijd een feest als we samen in Den Haag naar een platenzaak gingen. Ik herinner me, dat wanneer ik mijn vaders jazzplaten voor vrienden draaide, ze vol onbegrip reageerden: jouw vader koopt dit soort muziek? Nog altijd heb ik er moeite mee te begrijpen, dat de muzikale opvoeding in andere gezinnen anders was dan in het onze. Voor mijn verjaardagen vroeg ik steevast een elpee, die buiten mijn geldelijke draagkracht lag, zoals “De Driekante Steek” van de Falla uitgevoerd door het Orchestre de la Suisse Romande o.l.v. Ernest Ansermet, gestoken in een fel oranje hoes. In het Noordeinde ontdekte ik op een hoek een winkel, die heel bijzondere folklore verkocht en na enig sparen kon ik een 25cm Folkways elpee aanschaffen met “Caribbean Dances” van Martinique, Guadeloupe, Trinidad, de Maagdeneilanden, Antigua en Curaçao. Die plaat heb ik heel wat keren gebruikt in “De Gezamenlijke Zenders Peazens en Moddergat” en opende mijn oren voor alles wat uit Zuid-Amerika komt. Ik raakte begin jaren zestig geinteresseerd in countrymuziek en Noordamerikaanse folklore, doordat ik van de manager van de Israelische zangers Aviva Semadar, voor wie ik een platenhoes had ontworpen, twee elpees kreeg: een van Uncle Dave Macon en een van Pick Temple. Ik wist noch van de Zuidamerikaanse noch van de Noordamerikaanse muziek iets af en dus werden er boeken aangeschaft aan de hand waarvan ik platen kocht. Mijn discotheek waaierde over de hele wereld uit of beter gezegd de hele wereld stormde mijn platenverzameling binnen.

Helpdesk 3

Lang geaarzeld of ik die onzin met de HETNEThelpdesk op mijn blog zou zetten, uiteindelijk toch gedaan en de gepubliceerde tekst naar diezelfde helpdesk gestuurd en waarachtig ik krijg - zij het een fout - anwoord.

Helpdesk 2

Mijn verontschuldigingen: de helpdesk van HETNET is niet een burootje met het bordje "Help" er op, er zit zowaar iemand achter, maar helaas kan die niet lezen, want ik kreeg na maanden dit antwoord:

"Hierbij ontvangt u het antwoord op de door u gestelde vraag.
Wanneer e-mailberichten niet aankomen bij de geadresseerde, krijgt de verzender normaal gesproken een bericht terug van de mailserver met daarin de reden waarom het bericht niet kon worden afgeleverd. In dit e-mailbericht vindt u een overzicht van de mogelijke oorzaken.
Verkeerd e-mailadres
Het e-mailadres van de ontvanger is niet langer in gebruik of is niet juist opgegeven.
Let erop dat er geen spaties of komma's voorkomen in het e-mailadres.
(toch) Niet verzonden
Het bericht is niet succesvol verstuurd naar de mail-server
U kunt in Outlook Express in de map 'Verzonden items' alle e-mailberichten terugvinden die verstuurd zijn. Wanneer het bericht in deze map staat, is het bericht hoogstwaarschijnlijk goed verstuurd. Wanneer het bericht niet in deze map staat, kunt u er vanuit gaan dat het bericht niet verstuurd is. U heeft misschien nog niet op de knop 'Verzenden en Ontvangen' geklikt. Het is belangrijk dat er op het moment van versturen een verbinding met internet is, of dat deze automatisch gemaakt wordt. Wellicht zijn de instellingen van uw e-mailprogramma niet in orde. In dit laatste geval ontvangt u een foutmelding direct wanneer u het bericht probeert te versturen."

Het probleem is, dat ik maandenlang soms meerdere malen per dag de mededeling krijg dat HETNET een missive niet kan bezorgen, een missive, die ik nooit verstuurd heb.

19.2.07

La Reine de la Route

Net even de Traction van stal gehaald en zo’n drie kwartier met haar rondgereden. Dat moet regelmatig. Ik ben elke keer weer verbaasd dat ze zo gemakkelijk aanslaat. Niet dat het niet een paar voeten in de aarde heeft: eerst op de fiets naar de garagebox, de auto in, stuur/pedaalslot eraf, stroomveiligheid ontgrendelen, de auto uit, motorkap open, met de hand benzine oppompen, motorkap dicht, de auto weer in, choke uittrekken, contact sleutel omdraaien, startknop uittrekken, nog een keer startknop uittrekken, net zolang tot ze loopt, choke half in, klein stukje optrekken, handrem aantrekken, de auto uit, houten blokken achter de achterwielen verwijderen, de auto weer in en dan in zijn achteruit de garagebox uit. Zo’n acht minuten niet harder dan 50 kilometer en als ze een beetje op temperatuur is wat sneller. Mijn allereerste auto was een Citroën Traction Avant familiale, nu heb ik een Traction Avant 15/6: "La Reine de la Route". Toen een Duitser ooit de euvele moed had haar een gangsterlimousine te noemen heb ik geantwoord: "Nein, es ist kein Mercedes 770K". Dat begreep hij niet en ik had geen zin om mijn opmerking uit te leggen.

Shaver


Hij schrijft prachtige liedjes: Billy Joe Shaver. "I've been to Georgia on a fast train", "Bottom Dollar", "Old five and dimers like me", Dit "The devil made me do it the first time" staat op zijn elpee "Salt of the earth" uit 1987.
http://www.youtube.com/watch?v=OT3xxoyYlr4

Helpdesk

Al maandenlang ontvang ik, soms meerdere keren per dag, onderstaand bericht, en ondanks tientallen missives aan de helpdesk van HetNet met de mededeling dat ik theokoopman@hetnet.nl nimmer een email heb gestuurd, blijft het bericht komen. De helpdesk reageert zelfs niet. Klaarblijkelijk is een helpdesk: een burootje met het bordje "Help" erop.

"Your message
To: theokoopman@hetnet.nl
Subject: RX from Canada
did not reach the following recipient(s):
tcjk@hetnet.nl on Mon, 19 Feb 2007 09:20:56 +0100
The message could not be delivered because the recipient's mailbox is full.

Reporting-MTA: dns; CPEXBE-EML01.kpnsp.local
Final-Recipient: RFC822; tcjk@hetnet.nl
Action: failed
Status: 5.2.2
X-Supplementary-Info:
X-Display-Name: tcjk@hetnet.nl"

En wie denkt dat je het moederbedrijf van HetNet per email een klacht kan sturen komt opnieuw bedrogen uit. Na het klachtenformulier te hebben ingevuld, blijkt dat ik het niet kan versturen omdat mijn achternaam alleen letters mag bevatten. Mijn achternaam bevat alleen letters, maar toch accepteert KPN het klachtenformuliet niet.

Verzamelen

Begin december 1952 moet mijn vader bij Radio Vaartjes in Leeuwarden mijn allereerste grammofoonplaat hebben aangeschaft: Louis Armstrongs “Basin Street Blues”, met “Mighty River” op de keerzijde. Het etiket van de 78-toerenplaat bevatte weinig informatie, ik heb die er later bijgezocht en op een miniem stukje papier in veel te kleine lettertjes geschreven en over het originele etiket geplakt. Niet lang daarna, we waren naar Den Haag verhuisd, kreeg ik van tekenaar Karel Links twee andere 78-toerenplaten van Armstrong: “Song of the Islands”/ “Confessin’” en “Body and Soul”/ “You can depend on me”. De bezetting van de orkesten heb ik niet langer op het etiket, maar op de hoes gezet. Muzikaal gezien was het begin van de jaren dertig, toen de opnamen gemaakt werden, niet Armstrongs sterkste periode, schreven de jazzgeleerden, van wie ik ijverig boeken ging lezen, ik had de “Hot Five” en “Hot Seven” moeten krijgen. In 1953 kocht ik mijn eerste langspeelplaten: een verzamelplaat met oude jazz en een plaat van de Chicagodrummer George Wettling. Maar langspeelplaten waren duur en ik was dus veroordeeld tot de aanschaf van 78-toerenplaten. Er verschenen mooie series van “Vocalion”, daar zaten inlegvellen bij met veel informatie., ik hoefde niet langer op etiketten of hoezen te schrijven. Daarna kwamen de 45-toerenplaatjes, de EP’s (EP stond voor Extented Play): daar heb ik veel van gekocht. Philips kwam zelfs met een soort brievenbusgrammofoon, die alleen maar 45-toerenplaten kon draaien, (je stopte het plaatje in een gleuf en het begon automatisch te spelen), ik won zo’n kreng bij een tekenwedstrijd. Het was woekeren met geld, want ik ontwikkelde me tot een soort postzegelverzamelaar van muziek: ik kocht lang niet altijd wat ik mooi vond, maar wat ik ik in mijn verzameling miste. Achterin een boek, geschreven door een van de jazzgeleerden, stond een alfabetische lijst van musici, als ik een plaat van een muzikant veroverd had, kreeg hij een sterretje voor zijn naam. In een boek van een andere jazzgeleerde stond een grafiek hoe de stijl op de verschillende instrumenten zich ontwikkeld had, ook die grafiek werd nijver gevolgd. Achteraf gezien een absurd verzamelgedrag, maar ik leerde veel.
Zo moet ik ook bij Fats Waller zijn aangeland en ik vond zijn muziek prachtig: hier was iemand die
een fantastische hoeveelheid humor door zijn muziek klutste. Voor mij ligt het destijds aangeschafte 45-toerenplaatje, de veel te jong overleden Waller, sigaret tusssen de lippen, uiteraard achter de piano, lacht me toe. RCA EPA-1503 YEA, MAN, SEND ME met “You meet the nicest people in your dreams”, “Caroline Shout”, “I’m crazy ‘bout my baby” en “My very good friend the milkman”. Er is in mijn verzameling veel van Waller bijgekomen, zowel op elpee als op CD. De jazzgeleerden mogen dan wel beweren dat Waller serieuzer met zijn talenten had moeten omspringen en zelfs schrijven dat Waller het uiteindelijk betreurde dat hij het komische pad was ingeslagen: er zijn weinig musici, die in staat zijn me zo op te vrolijken als Waller.

18.2.07

Fats Waller 2


Nog een keer Fats Waller, nu met "I've got my fingers crossed" in de film "King of Burlesque" uit 1935. De trompettist is Teddy Buckner.
http://www.youtube.com/watch?v=36qD5RvCpKI

Omroep Max:

Van Baerle



In de Van Baerlestraat heb ik nooit problemen.

Mokum & Wazep


Ben Pollack en zijn Park Central Orchestra: Pollack zittend, meteen rechts achter hem Benny Goodman.

Ondanks het feit dat in de omroepgidsen een heel ander programma staat aangekondigd. zendt de Joodse Omroep vanavond om 8 uur De Gezamenlijke Zenders Mokum en Wazep uit gewijd aan Benny Pollack, Benny Selvin en Benny Goodman. Radio 5, middengolf: 747AM.

17.2.07

Gooise prinsemarij

Fats Waller


Luister naar Fats Waller in zijn eigen compositie "Ain't misbehavin'" (opgenomen kort voor zijn dood op 15 december 1943) samen met trompettist Benny Carter, bassist Slam Stewart en drummer Zutty Singleton. http://www.youtube.com/watch?v=TzynQ8LPyAM

Dubbele nationaliteit


Nadat ik Wouter Bos bij Pauw & Witteman gisteravond met grote stelligheid hoorde beweren hoe het in andere landen, zoals in de USA, zit met een dubbele nationaliteit, toch maar eens gekeken wat het Amerikaanse standpunt is:
"Nonetheless, official U.S. policy has been to discourage the incidence of dual nationality. The Government accepts but does not recognize or approve of dual nationality. The Government accepts it: "only as the result of separate conflicting laws of other countries." " Ik denk dus dat noch Albayrak noch Aboutaleb in de Verenigde Staten onderminister zouden kunnen worden.

Pastel

16.2.07

Max Fleischer


Max Fleischers tekenfilms zijn, voor mij, een stuk interessanter dan het wat zoetige werk van Walt Disney: Fleischers films zijn absurder en veel meer op volwassenen gericht. Hij werd in 1883 geboren in een Joodse familie in Krakau, dat toen in Galicië lag, dat deel uitmaakte van de Oostenrijks-Hongaarse monarchie. Max was vier jaar oud, toen de familie naar New York vertrok. Door middel van de rotoscoop, waarvoor hij in 1917 een patent kreeg, ontleedde hij bewegingen, waarna hij zich aan het tekenen zette. Zo onstond de tekenfilmserie "Out of the Inkwell": een hand tekent een uit de inktpot ontsnapt het clowntje Koko dat avonturen beleeft.

Wie de filmgeschiedenis er op na slaat vindt dat "The Jazz Singer" de eerste "sprekende" film is, maar Fleischer maakte zijn eerste tekenfilm met geluid al in 1924: kenmerkend was het gebruik van een bal, die met de tekst mee stuiterde, zodat het publiek mee kon zingen. Ook in het volgende fantastische filmpje uit 1932 met de Mills Brothers zien we een stuiterende bal.
http://www.youtube.com/watch?v=6GH_0-v3d7Q
Fleischer heeft veel filmpjes gemaakt met zwarte musici, de meest bekende met Cab Calloway. Veel zwarte muzikanten hebben liedjes geschreven voor de filmpjes met een ander creatie van Fleischer: Betty Boop, wat dat betreft heeft hij in de hevig gesegregeerde jaren dertig baanbrekend werk verricht.

Erg


Ik vond het niks, ik vind het niks en ik zal het niks blijven vinden: in het Nederlands vertaalde popsuccessen. Begin jaren zestig had je duo's en kwartetten die nauwlettend de Amerikaanse, dan wel Britse hitparade volgden en dan uitkwamen met een slap aftreksel van het origineel. Erg, heel erg. Veertig (!) jaar nadat The Beatles furore maakten verschijnt een CD met Beatlesnummers in onze eerste landstaal. Erg dus, vergelijkbaar met een Chrysler Cruiser PT en een originele panel truck of een Volkswagen New Beetle en een VW Kever.
(foto: originele Ford panel truck)

Loudon Wainwright III


Als er iemand is die liedjes schrijven kan, dan is het Loudon Wainwright III. Of het over zijn vader gaat of over hondendrollen, zijn liedjes snijden hout. Ik heb hem in de loop der jaren vaak ontmoet en ben elke keer verbaasd over zijn open- en vriendelijkheid. Twee liedjes, beide geruime tijd geleden geschreven. Het eerste, "Unrequited" jaren geleden uitgevoerd, het tweede "Motel Blues" recent.
http://www.youtube.com/watch?v=67ht1Hihjis
http://www.youtube.com/watch?v=kLYSSdtnth0

15.2.07

Boogie



Albert Ammons en Pete Johnson in Boogie Woogie Dream opgenomen in 1941.http://www.youtube.com/watch?v=AfrhmNkrL2E

Idols met de X-factor

Op mijn brievenbus staat twee keer "Nee", dus ik zie de lokale advertentiefuik nooit. Maar omdat ik de katten van de buren verzorg en de kranten naar de keuken breng om ze op stapeltjes te leggen, viel mijn oog op de voorpagina van "De Gooi en Eembode": "Voorlezen met de X-factor" lees ik. "De bibliotheek in Naarden aan de Van Limburg Stirumlaan 2 had Henk-Jan Smits uitgenodigd om de kinderen van de peuterspeelzaal Het Speelhof te vermaken. Het jurylid van Idols met de X-factor las de aandachtige jeugd voor uit het door de bibliotheken gekozen prentenboek van het jaar "Kleine Kangoeroe" van Guido van Genechten." Nu zijn mijn beide zoons de peuterspeelzaal al lang ontgroeid en ik woon bovendien niet in Naarden, anders had ik ze accuut van Het Speelhof gehaald.

Christelijk canon

Vierkant achter Israël, maar Spinoza weggegumd.

Bush


Bush stelt zelf orde op zaken in Irak.

Voorrang


Karel-Jan dacht dat hij met zijn P.C.Hoofttractor voorrang had, helaas had Paul-Peter een net iets groter model.

Eend

Regering

Gisteravond vrouw Van der Wal over de vloer, ze wou al zo graag weten wat ik van het nieuwe kabbenet dacht. Nou, heb ik gezegd, ze krijgen van mij de ben ik fit van de dauw, dat zei bovenmeester Bron ook altijden als hij nog een schoftje nadenken wou. Ik heb die kopjes in de krant bezien en ik heb vanzelfs nou al een mening over goedens. Zo'n Balkenende die doet of hij het licht nu krekt gezien heeft met zijn sekondant Verhagen, die het als kind al achter de armtakken had. Over Bos kan ik ook niet een protte goeds zeggen, ik hou niet van mannetjes die het een zeggen en het andere doen, maar allergelukkigst genoeg ben ik niet met hem getrouwd, want zulkzowat zal vrouw Bos veel argewatie bezorgen. Ze verwachten al veel van een van de mannen, zijn naam is mij doorgegaan, die niet in God gelooft, ja, wat anders als je eerst allenig maar fijnen in de regering doet.

Vrouw Ymkje Sinnema - Meindertsma

14.2.07

Het Journaal.

Gelezen en gehoord in Het Journaal: In het gebied wordt veel drugs gesmokkeld. Nederland prees zich in de jaren negentig uit de markt.

Fietsaccessoires













Je ziet ze weinig meer de moffen aan het stuur, de knullige zadeldekjes, de zeildoeken kettingkasten, de met een schroevendraaier te openen ringsloten, de altijd scheurende jasbeschermers, maar het geëmailleerde artsenplaatje op het stuur van de rechterfiets is helemaal zeldzaam geworden.

Ham

Tragiek

De tragiek van Brinkhorst: hij denkt ook als een pruimedant.

13.2.07

Crosley


Amerikanen hebben het nooit zo gehad op kleine auto's. Het is wel degelijk geprobeerd. Powel Crosley, wiens fabriek radio's en koelkasten vervaardigde, begon in 1939 met het fabriceren van auto's, je kocht ze bij de lokale ijzerhandel. Een succes zijn ze, ook na de oorlog, nooit geworden. Dat kwam niet alleen door hun geringe afmetingen (de wielbasis was bijna 40 cm kleiner dan die van de Volkswagen Kever), maar ook door motorische en andere problemen. Op de foto een Crosley pick-up-truck uit 1947.

Øystein


De Noorse tubasolist Øystein Baadsvik speelt "Carnival in Venetië" met pianiste Patti Wolf tijdens een recital in "Moores School of Music", Rice University, Houston, Texas.
http://www.youtube.com/watch?v=Y75ryZC8LB0

Laf

Helemaal berijpen zal ik het nooit, hoe het kan dat een deel van mijn familie tijdens de oorlog werd vermoord. Maar zo nu en dan gaat een lichtje op: het gedrag van de organisatoren van de Istanbultentoonstelling in de Nieuwe kerk in Amsterdam om teksten aan te passen en weg te laten om de Turken te plezieren toont opnieuw de laffe houding van de doorsnee-Nederlander.

Bert en de Benny's


Vanmorgen voor de eerste keer in twee maanden weer achter een microfoon. Achter de knoppen een oude bekende: NOB-technicus Bert Vervoorn, ooit begonnen als basgitarist in een Nieuwkoops popbandje (op het hoesje staat Bert linksonder), maar inmiddels in zijn vrije tijd arrangeur van een Hilversumse bigband.
Wij hebben een opname gemaakt voor de Joodse Omroep over de Benny's: Pollack, Selvin en Goodman. Uitzending a.s. zondagavond 20.00 uur Radio 5 (747AM).