31.1.11

Voisin 5


In 1937 leverde Voisin de volgende zescylinders: Aérosport, Clairière, Cimier en bovenstaande Ambassade.

Sidney Bechet

Sidney Bechet 1897 - 1959

Er was geen stringente verdeling tussen mijn vader en mij, wie welke plaat kocht, maar meestal kocht mijn vader recent opgenomen muziek en ik vooroorlogse jazz. Dat had ook te maken met geld, "oud" kon je destijds nog op 78-toeren kopen en dat kon ik van mijn zakgeld betalen. Toch heb ik destijds aangeschafte elpees, zoals eentje van Sidney Bechet, die ik twee keer zag in het Gebouw voor K&W in Den Haag. Zijn plaat "Shake It And Break It" werd zonder normale hoes door Bovema gedumpt, klaarblijkelijk omdat hij niet goed geperst zou zijn, iets dat ik nog altijd niet heb kunnen horen. Ik heb destijds de gegevens over de musici bij elkaar gesprokkeld en op de hoes geschreven.

Op de elpee stond een samenraapsel van opnamen die oorspronkelijk op 78-toeren waren uitgebracht, dit "Indian Summer" dateert uit 1940/'41.

Potifar 42

Er waren ogenblikken dat Potifar zich afvroeg waarom hij in hemelsnaam in de politiek gegaan was, dit was zo'n ogenblik: een partijleider die hem in een onverstaanbaar dialect de mantel uitveegde. Want wat betekenden verhatbatsen en hollewolle? Hij schoot snel zijn oude kleren weer aan en belde een taxi. Op de kop af dertien minuten later stond hij bij de Grote Boentoet op de stoep.
"Je bent, zoals gewoonlijk weer te laat", was het eerste dat hij te horen kreeg." Nee, je hoeft je jas niet uit te doen, ik handel het met je in de gang af. Ik beschouw je niet als mijn gast. Op je knieën! Snel, snel! En luister!"
Potifar knielde tussen de kapstok en de de deur van de wc, terwijl de Grote Boentoet zijn paraplu pakte en in Potifars borst prikte: "Ik ga niet herhalen wat Neander Daalmans of zoiets aan mij verteld heeft, laat het je gezegd zijn dat het zeer ernstig is en dat jij de relaties, die ik moeizaam opbouw, afbreekt, vernietigt, kapot maakt. Mijn indruk wordt bevestigd door het verslag van de gebeurtenissen van gisteravond en vannacht van Katskelia." Opnieuw priemde de Grote Boentoet met zijn paraplu in Potifars borst: "Jij aarslaok! Het verstand van een bliëe krumelvaeger. Kiek mich neet aan wie 'n sneej mik, verdomme."
Potifar probeerde iets te zeggen, maar kreeg geen kans.
"Luuster zibbedeius, ik ben jou zat en ik ga je haarfijn uitleggen waarom".

30.1.11

Voisin 4

De Twentse ijdeltuitjes die zich de naam Avions Voisin hebben toegeeigend zijn zelfs op YouTube te achterhalen. Heel diep zijn ze niet in de geschiedenis van het echte merk gedoken, door botheid en arrogantie verblind, laten ze Voisin in 1936 met de productie stoppen.
Hoe kan het dan dat ik in mijn archief bovenstaande foto heb van de Franse president Lebrun en Gabriel Voisin op diens stand van de Parijse autosalon van 1937? Hoe kan het dan dat de bekende Franse autojournalist René Bellu in zijn boek "Toutes les Voisins" Voisins beschrijft "des origines aux anées 50"?
De grootste chotspe, afgezien van het feit dat ze het woord avions niet kunnen uitspreken, is dat ze hun ijdel geblaat op hun website voorzien hebben van de medeling: "© Copyright 2009 Avions Voisin. All rights reserved" Je moet maar lef hebben.

Wie even de tijd heeft vindt op YouTube deze echte Voisin uit 1935 van een Zwitserse deelnemer aan een rally Parijs - Deauville. Lees ook dit dat ik drie jaar geleden schreef.
Tot slot nog één citaat van de website van de Tukkerse anaalbreintjes om voor eens en altijd duidelijk te maken met wat voor volk we hier van doen hebben:
"Exclusive dealership of Avions Voisin in the Netherlands was held by a company ‘Cobor’, residing on Prinsengracht 542, Amsterdam. Today, this 1917 building offers paid access to cars of all sorts, as it is occupied by parking ‘De Hoofdstad”. However, the site’s former lavishness and glamour still guarantees to attract celebrities like Wesley Sneijder and Yolanthe Cabau, celebrating their ‘amour fou’ in front of safety cameras like they wouldn’t have done in just any old parking."

Voisin 3

Voor 1935 had Gabriel Voisin grote plannen: een auto met een wiel voor, een wiel achter en twee wielen in het midden - zo ongeveer als een wybertje - een eivormige carrosserie met plaats voor zes, met een luchtgekoelde zevencylindermotor: "la Voiture de l'Avenir". Op de Parijse autosalon van 1936 stond bovenstaande, redelijk normaal ogende "Aérosport", al week de vorm behoorlijk af van wat er verder bij andere fabrikanten op de tentoonstelling te zien was. Onder de motorkap zat, door twee zescylinderblokken achter elkaar te plaatsen, een twaalfcylinder-in-lijn. Inhoud 5988cc, maximum snelheid 180km/u, prijs 125.000frs. Er is één exemplaar verkocht aan een klant in Lyon.
Wie trouwens dacht dat vleugels achterop auto een uitvinding uit de jaren vijftig was van Cadillac ziet hieronder dat Voisin twintig jaar eerder was.


29.1.11

Potifar 41

"Ik wist toen ik zes was al dat d'r doève op 't daak zitte, maar klaarblijkelijk kins d'n aezel waal nao de baek leie maar um doen doan zoepe kanste neet. Ik heb van dich eine smaak in de mond alsof d'r un kat in haet sitte jönge", schreeuwde de Grote Boentoet.
Potifar hield de telefoon verder van zijn oor en realiseerde zich dat de Grote Boentoet, omdat hij in het Venloos te keer ging, buitengewoon boos was.
"Je komt nu hier naar toe en dan zet ik dit gesprek met je voort. Ik laat mijn partij neet verhatbatsen door 'n uulskuuke als jij, hollewolle!"
"Jawel Grote Boentoet, ik ben binnen een half uur bij u. "
"Een half uur? Binnen tien minuten. Je neemt op eigen kosten een taxi, stuk soepie!"
De verbinding werd verbroken. Potifar stond niet alleen vanwege de kou te trillen op zijn benen. Douchen kon hij wel vergeten.

Voisin 2


Op de Parijse automobielsalon van 1929 stond een Voisin twaalfcylinder, maar het zou tot de zomer van 1930 duren voordat deze prachtige 28CV Sport Surbaissée Type C20 verscheen. Cylinderinhoud 4890cc. Het kale chassis kostte destijs 155.000 francs en woog 1700 kg. De hoogte van de carrosserie was slechts anderhalve meter. Maximum snelheid:150 km/u.


Art Blakey

Art Blakey 1919 - 1990

We schrijven 21 februari 1954, het is elf uur 's avonds in New York. De kleine Pee-Wee Marquette, mascotte en mc in "Birdland" kondigt het Art Blakey Quintet aan: Clifford Brown, trompet; Lou Donaldson, altsax; Horace Silver, piano; Curly Russell, bas en Art Blakey, drums. Het vijftal start met een compositie van pianist Silver: "Split Kick".

28.1.11

Wobbe


"Suden jim 'n auto fan soan fent kope, selfs met garaansje?"

Charlie Parker

Charlie Parker 1920 -1955

En natuurlijk, daar was Charlie Parker met zijn elpee "Charlie Parker" op Clef MG C-646 met de formidablele hoes van David Stone Martin. De plaat opende met dit in 1951 opgenomen "Au Privave" , naast Parker op altsax, horen we Miles Davis, trompet; Walter Bishop, piano; Teddy Kotick, bas en Max Roach, drums.
Misschien moet ik wat die hoes betreft toch iets duidelijker zijn: Parkers bijnaam was Bird, vandaar die saxofoon spelende vogel, de plaat verscheen na de dood van Parker in 1955, vandaar dat dode vogeltje aan de voeten rechts op de tekening.

Potifar 40

Het was half negen. "Wie kon hem zo retevroeg bellen?" vroeg hij zich af. Vloekend rende hij naar beneden en nam de telefoon op: "Boubbelcont hier."
"Ja, met Boentoet. Wat heb je me verdomme nu weer geflikt? Ik heb al twee twee klachten over je binnen en het is nog niet eens negen uur. Ik ken jou, typisch iemand zoals ze bij ons in Venlo zeggen: flik d'n aap dan vritte good. Mij naar de mond praten, maar intussen. En al geise op diene kop staon, daar tuin ik van nu af aan niet meer in. Katskelia heeft net gebeld over je misdragingen van gisteravond en vannacht en nog veel ernstiger, ik kreeg ook een telefoontje van ene Neander Daalmans of zoiets, een journalist, die gister door mij speciaal was uitgenodigd en die jij op een werkelijk schandalige manier in de steek hebt gelaten. Ik en ik alleen bepaal de partijlijn en wat zit meneer Boubbelcont te doen? Meneer Boubbelcont zit nog geen uur geleden, voor medereizigers duidelijk hoorbaar, in de trein tussen Utrecht en Den Haag fascistische taal uit te slaan en te oreren over de heropening van Westerbork. Dat bepaal ik Boubbelcont! Ik bepaal wanneer in Westerbork moslims worden opgeborgen. Niet jij!"

Wobbe

"Je hoewe dur heulendal nyt lang owur na te denken: Groen Links AFGAANistan."

27.1.11

Potifar 39

De verdere thuisreis van Potifar vond zonder problemen plaats. Hij nam een taxi bij Den Haag Centraal en voordat hij een douche nam, pakte hij, zoals hij zich had voorgenomen, eerst de telefoon om Lolle Gronder te feliciteren. De telefoon in het verre Drachten ging over en Potifar noemde zijn naam, aan de ander kant hoorde hij "Mei Wa". Dat begreep hij niet, hij had toch niet een Chinees restaurant gebeld, dus hij noemde opnieuw zijn naam, het antwoord was weer "Mei Wa." Voorzichtig legde hij de telefoon op de haak, dan maar geen felicitaties. Hij keek even snel de krant in en zag dat Wroxx de Gazon de voorpagina gehaald had met zijn voorstel fanvervoer en voetbal van elkaar te scheiden, dat was leuk voor Wroxx, maar waarom wierp de Grote Boentoet hem nou nooit zo'n hapklaar mediabrokje toe? Nee, hij kon op een avondje uit een beetje op een mafkees uit Amsterdam passen, zodat hij niet aan eten toekwam. Hij zou dat toch een met de Grote Boentoet bespreken. Hij stond net in zijn blootje om onder de douche te gaan toen de telefoon ging.

Lee Morgan

Lee Morgan 1938 -1972

Op de A-kant van Hank Mobleys "The Jazz Message No.2 " is Lee Morgan de trompettist. Delvend in mijn platencollectie ontdek ik dat geen van de door mij bewonderde musici oud geworden is. In "The Sidewinder" wordt Lee Morgan bijgestaan door Joe Henderson, tenorsax; Barry Harris, piano; Bob Cranshaw, bas en Billy Higgins, drums.

Voisin

Er is niemand die het in zijn hoofd haalt boeken te gaan schrijven onder de naam Albert Camus of om dichter bij huis te blijven Willem Frederik Hermans, maar klaarblijkelijk mag je auto's produceren met historische namen als Spyker, Bugatti en Avions Voisin, zonder dat er een haan naar kraait. Spyker en Bugatti zijn genoegzaam bekend, maar Voisin? Gabriel Voisin (1880 - 1973) oorspronkelijk (in meer dan één opzicht) vliegtuigbouwer en na de Eerste Wereldoorlog een fameus autoconstructeur, onder anderen bijgestaan door André Lefebvre, een van de vaders van Citroëns Traction Avant*. Hieronder twee keer de achtcylinder recordwagen uit 1927 (13 april op Montlhéry twee wereldrecords: 100 kilometer met een snelheid van 205,268 km/u en 100 miles met een snelheid van 206,885 km/u. Later dat jaar werden nog diverse andere records gebroken.



Voisin 14CV 2,3 liter Type C11 coach: vier zitlaatsen, twee deuren, de zogenaamde "Lumineuse" uit 1928
*Wie meer wil weten over deze samenwerking, leest "André Lefebvre and the cars he created for Voisin and Citroën. The life story of a passionate automotive pioneer" geschreven door Gijsbert-Paul Berk uitgegeven door Veloce.

26.1.11

1939 4

Toch nog eens even op zoek gegaan wanneer die "Suprastella" werd afgeleverd en aan wie. In 1942 aan Pétain in Vichy. Dat geeft de rondrit in Paris van De Gaulle en Churchill in dit voiture tijdens de Victory Parade toch net even meer glans.
De in 1939 2 genoemde Raymond Poincaré was eerder president van 21 januari 1912 tot 21 januari 1913. Hij was de eerste Franse president die officieel gebruik maakte van een auto: een coupé de ville van Panhard & Levassor. Ik heb er geen foto van kunnen vinden, hieronder zien we Poincaré en echtgenote in 1913 in een Berliet.

In zijn kabinet zaten de volgende latere presidenten, de minister van oorlog: Alexandre Millerand (1920 - 1924) en de minster van koloniën: Albert Lebrun (1932 - 1940).

Millerand gebruikte deze Voisin "C1",

Lebrun onder andere een "Reinastella".

1939 3


De presidentiële "Suprastella" was ongetwijfeld zwart, dit is een frivoler, tweekleurige versie van de Renault met een achtcylinderlijnmotor.


Een voorganger van De Gaulle en Auriol, Raymond Poincaré, gebruikte in 1926 een soortgelijke Renault als hierboven is afgebeeld. Volgens één bron werd hij door de fabriek verhuurd voor 1500 Francs per maand. De wagen had een zescylinderlijnmotor met een inhoud van 9112cc.

Hank Mobley

Hank Mobley 1930 -1986

Opnieuw een elpee met een link naar de plaat van Kenny Dorham: "The Jazz Message No.2", opgenomen op 23 juli 1956 met in de hoofdrol tenorsaxofonist Hank Mobley. Op de A-kant van de elpee wordt hij omringd door trompettist Lee Morgan, pianist Hank Jones, bassist Doug Watkins en drummer Art Taylor, op de B-kant is naast Mobley alleen Watkins aanwezig, de andere musici zijn Donald Byrd, trompet; Barry Harris, piano en Kenny Clarke, drums. "Blues Number Two" staat op de B-kant van Savoy MG-12092.

Potifar 38

Hij popelde om Katskelia deelgenoot te maken van zijn diepe gedachten, maar hij vond dat hij beter kon wachten tot Neander in Amersfoort was overgestapt. Wat hij straks als hij thuis was, eerst wilde doen was Lolle Gronder feliciteren met zijn Fries lijstaanvoerderschap, dat had zo'n man echt nodig nu gekrakeel was ontstaan, omdat hij ooit een geboeide arrestant had geslagen. Misschien was Gronder wel agent geworden om eens flink te meppen? Je mocht verdomme zelfs als politieman tegenwoordig niks meer, hoe kon je zonder te slaan je gezag handhaven? En Gronder was niet eens agent maar brigadier.
In Amersfoort namen Katskelia en Potifar afscheid van Neander, die reisde naar Amsterdam en zij beiden naar Den Haag.
Potifar begon voorzichtig over zijn plannen om Westerbork weer in gebruik te nemen.
"Waarom niet?", vroeg hij, "per slot van rekening is het dan de derde keer dat het kamp wordt gebruikt, eerst voor de joden, daarna voor de Molukkers en straks voor de moslims. Drie keer is scheepsrecht. En zeg nou zelf Katskelia, als er één echt Nederlands gezegde is, dan is het dat wel: drie keer is scheepsrecht!"
Kaskelia vond het onverstandig om de plannen, die ze overigens best zag zitten, rond te bazuinen: "Dat kan pas als we de macht hebben, Potifar. De Grote Boentoet moet eerst leider van het Nederlandse volk worden, we moeten niets overhaasten. "Pas dan" en ze begon opnieuw zachtjes te zingen, "zet geen macht onze opmars stop, tienduizenden marcheren en maken voor onze partij ruim baan, niets zal onze troepen keren. Op! achter de Grote Boentoet aan!"
"Maar daar wil ik helemaal niet op wachten, als we straks ook in de Eerste Kamer vertegenwoor...."
"Luister naar en wacht op het teken van de Grote Boentoet. Potifar, jij wilt te snel. Straks worden we nog beschuldigd van fascisme en we zijn juist een partij voor de vrijheid!

25.1.11

1939 2


Wie een paar dagen terugbladert op dit blog ziet op de 21ste de open Renault "Suprastella" van de Franse president Auriol, maar de wagen had al eerder als presidentieel voertuig dienst gedaan: vlak na de oorlog vervoerde hij president De Gaulle en premier Winston Churchill in Parijs tijdens de zogenaamde Victory Parade.

Jay Jay Johnson

Jay Jay Johnson 1924 - 2001

We hoorden hem al op de elpee van Kenny Dorham: trombonist Jay Jay Johnson, hier is hij op een eigen plaat "The Eminent Jay Jay Johnson Quintet Volume 2" uit 1955. De kleine sticker, die verraadt waar de plaat destijds gekocht is, zit nog altijd in een hoekje op de achterkant van de hoes: 'v/h "Muziek-Smith" - Den Haag". Dat was het kleine winkeltje van Jascha Trabsky, een musicus (ik geloof dat hij clarinet speelde) afkomstig uit Oekraine, in de Nieuwstraat. Mijn vader en ik kwamen daar in de jaren vijftig regelmatig. In het nummer "Coffeepot" is congaspeler Sabu Martinez prominent aanwezig naast Jay Jay Johnson, trombone; Wynton Kelly, piano; Charles Mingus, bas en Kenny Clarke, drums.

Potifar 37

Ter hoogte van Barneveld waren Potifars gedachten zo diep, dat hij bijna begon te hyperventileren. Neander leek bezorgd, maar zei niets. "Vermoedelijk is de man, doordat hij vannacht niet geslapen heeft, oververmoeid", besloot hij. Bovendien was Neander in gedachten al bezig met zijn column voor "Het Ware Woord" van die avond. Hij speelde met het idee de lezers van de krant keuzes de laten maken, bijvoorbeeld tussen griesmeelpudding en ajam smoor of Brandon en Cohen.
Katskelia keek heel even naar Potifar voor ze haar agenda opensloeg. Daar stond: "20.25 VPRO Nederland 3 Fuchsia Futtelmutt." "Dat was waar ook, vanavond was Fuchsia gast van Heinrik Caculeur in 'Een etmaal met...'. Fantastisch, de partij werd nu zelfs door wat een linksche omroep heette te zijn gefêteerd. Kijken vanavond! Die kale Caculeur leek trouwens sprekend op een van de beveiligers van de Grote Boentoet. Misschien schnabbelde hij als beveiliger er wel wat bij of misschien was het precies andersom en verdiende hij een extra zakcentje als televisiepresentator", dacht Katskelia.
Potifar dacht ook, maar nog steeds diep: "Als de politieagenten uit de fractie en natuurlijk ook degenen die kandidaat stonden voor de provinciale staten zoals Lolle Gronder overdrachtelijk verantwoordelijk waren voor de stichting van de staat Israël, dan zouden ze, als ze moslims gingen vervolgen en uitroeien, uiteindelijk ook kunnen zorgen voor een thuisland voor de moslims. Dat was toch een schitterende oplossing. Hij moest het daar toch eens over hebben met de Grote Boentoet. Maar eerst zou hij het idee wat uitwerken: kijken of niet alleen de woning van kampcommandant Gemmeke in Westerbork kon worden gerestaureerd, maar dat er daar ook barakken werden herbouwd. Het belastinggeld werd zo beter besteed dan aan kunstsubsidies."

24.1.11

Oscar Pettiford

Oscar Pettiford 1922 - 1960

Andere elpee van lang geleden (opgenomen in 1958) in mijn collectie: "Oscar Pettiford Volume 2", Pettiford bassist op de plaat van Kenny Dorham van gister. Er is een overeenkomst: ook hier latijnamerikaanse ritmes in "Oscalypso" en "Titoro". De musici: Donald Byrd en Ernie Royal, trompet; Bob Brookmeyer, trombone; Gigi Gryce, clarinet en altsax; Jerome Richardson, fluit, clarinet en tenorsax; Don Abney, piano, Oscar Pettiford, bas en Osie Johnson, drums.

Potifar 36

"Diepe gedachten", dacht Potifar op de vroege ochtend, wachtend op de trein. "Mocht hij die wel denken? Moest hij zulke gedachten niet overlaten aan echt grote denkers als de Grote Boentoet? Was de Grote Boentoet niet voor Israël en daarom dus ook voor de joden? Of was de Grote Boentoet alleen voor de joden in Israël?"
Hier stopte Potifar even met denken, want hij hij had altijd problemen met het doen van twee dingen tegelijk en denken en in de juiste trein stappen was nu eenmaal niet gemakkelijk. Gelukkig dat Katskelia er bij was, die meteen zei, toen ze zag dat hij aarzelde, dat ze in Amersfoort over moesten stappen.
Toen hij in de trein zat dacht Potifar verder: "Als de joden in de oorlog niet waren opgepakt en afgevoerd dan was Israël er niet geweest. Zo was het toch? Overdrachtelijk gezien was het dus aan politiemannen als Kapör Melis en Lolle Gronder te danken dat de joden een thuisland hadden. Misschien zaten er daarom zoveel agenten in de fractie? Ja, dat moest het zijn, wat geweldig van de Grote Boentoet om zo iets te bedenken."
Hii verkneukelde zich, dat hij, Potifar, toch maar even op de vroege ochtend op weg naar Amersfoort in staat was het diepe denken van de Grote Boentoet te doorgronden.

23.1.11

Kenny Dorham

Kenny Dorham 1924 -1972

Helaas, helaas: geen beeld. Maar een pracht elpee, die al jaren tot mijn favorieten telt: "Afro-Cuban" van Kenny Dorham (foto). Even gekeken sinds wanneer de plaat in mijn collectie zit, sinds 1956, moet hem dus samen met mijn vader gekocht hebben. Want dat deden we regelmatig. "Afro-Cuban" is precies wat de titel zegt: jazz met een scheut Cubaans ritme, ook door de inbreng van congaspeler Carlos "Potato" Valdez. De musici: Kenny Dorham, trompet; Jay Jay Johnson, trombone; Hank Mobley, tenorsax; Cecil Payne, baritonsax; Horace Silver, piano; Oscar Pettiford, bas; Carlos "Potato" Valdez, conga en Art Blakey, drums in het nummer "Afrodisia".

Potifar 35

Ze misten de trein naar Amersfoort net. Neander wilde terug naar de bus om de chauffeur de huid vol te schelden, maar Katskelia weerhield hem daar van door zich hardop af te vragen of Von Schlummpfer dat gedaan zou hebben, Von Schlummpfer had toch immers sowieso niets met openbaar vervoer gehad. Neander grijnsde even en pakte het gratis krantje "Polis" van een stapel. Katskelia en Potifar volgden zijn voorbeeld. Twee berichten trokken Potifars aandacht: fractiegenoot en voormalig politieman Kapör Melis had in Friesland een andere politieman, Lolle Gronder, als lijsttrekker voor de Provinciale Staten naar voren geschoven en de partij bleef van mening dat het Afghaanse meisje Sahar diende op te donderen naar eigen land. Gronder bleek in 2001 een geboeide arrestant de hebben mishandeld. Nou en? dacht Potifar. Als je aan één beroepsgroep een gezond oordeel over kon laten dan was het wel aan de politie. Dat was in de oorlog wel bewezen, de politie had toch maar mooi meegezorgd dat het aantal Nederlandse rotjoden teruggebracht was tot een overzichtelijk aantal, waarom zou de politie nu niet kunnen zorgen voor het verwijderen van de rotmoslims. Daar kwam nog bij dat Gronder en Sahar allebei in Friesland woonden: moslims de wereld uit, te beginnen met Sahar.

22.1.11

Potifar 34

De chauffeur deed of hij niets gehoord had en vroeg: "Waar wilt u heen?"
"Naar het dichtstbijzijnde spoorstation graag, zo ver mogelijk weg uit deze verdoemde negorij."
"Dan kunt het best mee naar station Apeldoorn, dat is het eindpunt van deze lijn."
"Goed, goed. Als ik hier maar weg ben. Wat zei u? Apeldoorn, is dat ver en is de beschaving daar al doorgedrongen?"
"Een dik half uur en u bent in Apeldoorn."
Katskelia en Potifar wilden in dezelfde richting. De chauffeur keek Potifar even aan en vroeg: "Die andere meneer is dat een tbs-er met weekendverlof?"
"O nee, dat is de beroemde schrijver Neander Thahlmann, de grote vriend van de vermoorde Neander von Schlummpfer. Herkende u hem niet?"
Dat laatste hoorde Neander en hij bedankte Potifar voor zijn introductie. "Er kan maar niet genoeg op worden gewezen dat ik de beste vriend was van Neander von Schlummpfer, zo houden we zijn nagedachtenis ook bij buschauffeurs in leven, wil ik maar zeggen."

Ozenfant op jacht

Sinds gisteravond vertoonde de heer Ozenfant plotseling een buitengewoon nerveus gedrag. Snuivend rende hij in huis van hot naar her. Voor de nacht ondergebracht in de keuken begon hij een luid blafconcert, alsof zich drie stripteasende katten voor het keukenraam aan een paaldansje waagden. Hij mocht voor een keer in de voorkamer slapen, maar begon meteen vanochtend opnieuw een jachtpartij. Cairnterriers zijn daar goed in, ze weten niet van ophouden, een half uur geleden had hij succes. Nee geen vos, rat of otter, waarvoor de cairnterrier eeuwen geleden gefokt is, maar een kleine huismuis.

21.1.11

1939

Even geen aandacht voor Delage, Delahaye, Talbot Lago, Bugatti en de andere fameuze vooroorlogse Franse automerken, maar de schijnwerper op de grote personenauto's van "gewone" merken als Renault, Panhard, Peugeot, Citroën en Berliet. Ze kwamen na de Tweede Wereldoorlog terug met kleinere wagens, behalve Berliet, dat zich tot vrachtwagenconstructie beperkte.
Renault had in 1939 zijn "Suprastella" met een achtcylindermotor met een inhoud van 5448cc, een open versie werd tot staatskaros bevorderd en diende in 1948 president Auriol* (zie onder).

Panhards "Dynamique " (met de zitplaats van de chauffeur in het midden van de voorbank) uit 1936, kreeg in 1938 een versie "limousine six glaces", eventueel te krijgen met een grotere motor met een inhoud van 3834cc en vanaf 1939 met het stuur weer op de juiste plaats: links.


Peugeots 402 kreeg in 1938 een wat grotere viercylindermotor (2142cc), maar viel toch in een andere klasse dan de "Suprastella".


Citroën, dat oorspronkelijk een achtcylinder "conduite interieure" gepland had, verscheen in maart 1939 met een gelijknamige zescylinder met een inhoud van 2867cc, er werden 213 afgeleverd. De foto toont de kleinere viercylinder.

De "Dauphine" van Berliet had een viercylindertweelitermotor en weliswaar een eigen grille en neus, maar de rest van de carrosserie kwam van Peugeot.

President Auriol in de open Renault "Suprastella".

Potifar 33

Potifar hield wijselijk zijn mond, want al noemde hij Katskelia soms voor zichzelf Kotskeeltje, dit had zij toch maar prachtig opgelost. Hij zou alleen graag willen weten wat een shooter was, waarmee Neander en zijn hond het Vondelpark ingingen. Hij besloot het maar niet te vragen, want Neander scheen nu in een goed humeur en dat kon beter zo blijven. Misschien had zo'n shooter wel iets met Neanders grote vriend Von Schlummpfer te maken en als hij er naar vroeg zou er best weer een woedeaanval van Neander op kunnen volgen. Maar ook dit vraagstuk werd door Katskelia feilloos opgelost, want ze vroeg langs haar neus weg: " Wat kost zo'n shooter eigenlijk?"
"Zo'n werpding voor de hond?" was Neanders wedervraag.
"Ja, niet dat ik een hond heb, maar mijn buurman vroeg me er laatst naar."
"Ik heb zo'n ding gekocht omdat ik een bal niet meer zo ver kan gooien. Meer dan een tientje ben je aan een shooter niet kwijt."
De bus was zeker al vijf minuten te laat.
Toen hij aankwam, stapte Neander als eerste in: "Zo chauffeurtje, verslapen vanochtend?"

20.1.11

Potifar 32

Precies om zes uur werd Neander Thahlmann, uit het politiebureau, waar hij ter ontnuchtering was opgesloten, losgelaten. Hij vroeg aan de agent die hem zijn bezittingen teruggaf hoe hij in hemelsnaam het dorp kon verlaten.
"Met de bus, om kwart over zes bij de kerk", antwoordde de man.
Zo kwam het dat Katskelia, Potifar en Neander gezamenlijk bij een en dezelfde bushalte belanden.
Neander begon meteen te klagen: "Wie laat vanmorgen mijn hond uit in het Vondelpark, jullie niet hè, sukkels? Ik ben weer mooi de lul, dankzij jullie, godverdomme."
"Als u niet was weggelo...", begon Potifar.
"Ja, hoor ik kon er op wachten, natuurlijk heb ik het weer gedaan", zei Neander.
"Nou", zei Katskelia, "wij zeker niet!"
"Als jullie geweten hadden wie mijn allerallergrootste vriend Neander von Schlummpfer was en dat wisten jullie met jullie stomme koppen niet, liep ik over een paar uurtjes fijn in het Vondelpark met mijn shooter voor de hond. Maar dat kan ik, nu ik nog in deze negorij ben, wel vergeten. Ik ga meteen straks, als ik vandaag tenminste nog thuis kom, de Grote Boentoet bellen om mijn beklag over jullie te doen. En, en... ik ga ook Jopie Schoonbroertje bellen, die kan dan fijn een boekje over jullie opendoen in "De aarde op hol", vanavond. Godgloeiendegodverdomme."
"U bent toch ook anti Cohen?", informeerde Katskelia.
"Natuurlijk ben ik anti Cohen! Iedereen is toch anti Cohen? Zelfs mijn hond is anti Cohen."
"Dan zijn we 't toch over de hoofdzaak eens en dan moeten we ons niet door een klein misverstand van het rechtse spoor af laten brengen. Bovendien heb ik een nieuwtje voor u, leuk voor uw column in "Het Ware Woord" vanavond."
"Dat moet dan wel een verrekt goede primeur zijn als je wilt dat ik de Grote Boentoet niet bel!"
"Onze fractie gaat voor de grap op Cohen stemmen als ombudsman!"
"Maar hij is toch helemaal geen kandidaat."
"Ja, maar dat is nu juist de grap."
"Geweldig, geweldig", riep Neander en sloeg zich van plezier op de knieën.

19.1.11

Ranch Fryslân


Soms vraag ik mij af of hotemetoten als gedeputeerden en wethouders toestemming tot het bouwen van ongelofelijke lelijkheid geven, wanneer zij de eerste steen mogen leggen. In het noorden van Friesland bevindt zich een vakantiedorp, dat ik een paar jaar geleden de naam Kitschlawier heb gegeven. Er dreigt inmiddels meer onheil in diezelfde hoek en opnieuw staat de provincie Fryslân pal achter de vernietiging van landschappelijk schoon, dit keer door de gemeenten Kollumerland en Achtkarspelen en Wind Vastgoedontwikkeling uit Drachten. Gezamenlijk hebben ze de verloedering van een uniek stuk natuur bedacht en het geheel de naam Ranch Fryslân gegeven, want een boerderij in 't Fries heet ranch en niet pleats, maar dat had u al begrepen. Een en ander wordt aan de man gebracht met de gebruikelijke knetterende volzinnen:
"Ranch Fryslân is gedacht als een groene deken van ongeveer 50 grote landgoederen in het prachtige coulissenlandschap voor mensen die op zoek zijn naar veel ruimte, luxe, landleven èn uitstekende voorzieningen voor paarden. Denk aan ruiterpaden, manegevoorzieningen, stapmolens, pensionvoorzieningen, verzorging enzovoort. Bouw hier zelf uw ranch op een eigen perceel van maar liefst 12.000 m2 met voldoende ruimte voor het weiden van uw eigen paarden!"
Het natuurgebied heet nu It Paradyske, als je de provincie Fryslân zijn gang laat gaan wordt het straks De Hel. Teken hier de petitie om de waanzin tegen te houden.

Potifar 31

Potifar keek verheugd, misschien zou het lied hem weer in de gunst van de Grote Boentoet brengen. Hij vroeg zich af of hij Katskelia in vertrouwen zou nemen en haar vertellen dat hij het lied eigenlijk niet zelf geschreven had, maar op het internet gevonden en alleen maar een paar woorden veranderd had: bolsjewiek was islamiet en bonzenkliek was linksche kliek geworden, verder waren de gedachten die in de jaren dertig in rechts Nederland opgeld deden vandaag de dag weinig veranderd en werd de partij op dezelfde manier geleid. O ja, hij had Mussert veranderd in Boentoet. Misschien was het toch maar beter Katskelia niet in te lichten.
Katskelia vroeg of ze zijn papiertje mocht vasthouden en ze begon zachtjes een melodie op zijn tekst uit te proberen. "Het moet een marsje worden", zei ze, "een vrolijk meezingbaar marsje."
"Maar alsjeblieft geen blaasorkest", zei Potifar, die bang werd dat de Grote Boentoet dan ontdekken zou dat de lofzang op hem oorspronkelijk een Marschlied van de NSB geweest was en de Grote Boentoet kon de vergelijking met die partij niet uitstaan.
"Wel nee man, een leuke accordeon met een koortje van ongesubsidieerde zangers."
"Dat is een verrekt goed idee", zei Potifar, "maar misschien is het juist aardig om gesubsidieerde zangers te nemen en dan na de opname hun subsidie af te pakken. We hebben dan immers bewijs in handen dat kunstsubsidies helemaal niet nodig zijn!"
"Dat van die subsidie moeten we breed uitmeten en het Halbe Zijlstra melden, dat zal hij reuzeleuk vinden. Jammer dat Herman van Veen niet gesubsidieerd wordt, anders zou hij voor straf het koor kunnen aanvoeren. Als we snel genoeg zijn, kunnen we er een carnavalskraker van maken. Dat moet met het enorme succes van de Grote Boentoet in Brabant en Limburg toch lukken."

Green

Na Terry en DeFranco vandaag nummer drie van het all-star-septet van Count Basie: Freddie Green. In feite, met maar een kleine onderbreking, vijftig jaar lang Basies vaste gitarist en dus deel van de fameuze ritmesectie van de band: Basies, piano; Green, gitaar; Page, bas en Jo Jones, drums. Vervolgens beeld van Count Basie and his All Stars in "Dicky's Dream": Count Basie All Stars: Emmett Berry, Doc Cheatham, Joe Newman, Joe Wilder en Roy Eldridge, trompet; Vic Dickinson, Benny Morton, en Dicky Wells, trombone; Earl Warren, altsax; Coleman Hawkins en Ben Webster, tenorsax; Gerry Mulligan, baritonsax; Count Basie, piano; Freddie Green, gitaar: Eddie Jones, bas en Jo Jones, drums. Ook Billie Holiday en Jimmy Rushing zijn in beeld.

18.1.11

DeFranco

Eergister een septet onder aanvoering van Count Basie, gister de trompettist van het stel, vandaag de klarinettist. Buddy DeFranco. Dit keer samen met Terry Gibbs, vibrafoon; Herb Ellis, gitaar; Larry Novak, piano; Milton Hinton, bas en Butch Miles, drums.

Potifar 30

Ze liepen, omdat daar, doordat er gepekeld was, minder sneeuw lag, midden op de weg, toen ze het geluid van een bromfiets hoorden. Een jongen, die aan iedere kant twee fietsers voorttrok kwam Kaskelia en Potifar tegemoet. Het drietal stopte vlak voor hun voeten.
"Moei die mafklappers zien, doene de Apeldoornse vierdaagse inne winter, inne snee", zei de grootste, degene met de bromfiets.
De linker vulde aan: "Mins'n, joe bint niet goed inne leumes".
Potifar wilde zeggen dat ze de bus gemist hadden, toen de derde tot groot plezier van de andere twee zei: "Ze gaon te piepel'nberg'n, jongs."
"We gaan te wat?, vroeg Katskelia.
"Te verstoppertje speul'n", verduidelijkte nummer drie.
"O, noemen jullie dat zo", zei Katskelia, die voelde dat de drie niet onvriendelijk waren, "nee, jongens, we waren een avondje uit en hebben de laatste bus gemist".
"Nou dan bint ule anne beurt mins'n, de volgende bus goat eerst om kuttier o'er zes bie de kark weg."
"O, hartelijk bedankt voor de informatie en tot ziens", zei Potifar, die vond dat de verbroedering met het gewone, waarschijnlijk nog niet stemgerechtigde, volk lang genoeg geduurd had.
"Aont kaik, kuier ze mins'n!"
Tegenover de kerk vonden ze even later een bushalte.
"De eerste bus gaat inderdaad pas om kwart over zes. Dat betekent dus meer dan vijf uur wachten", zei Potifar, "en verdomme natuurlijk weer geen bushokje."
"Misschien is de kerk open?"
"Ja, ze zijn daar gek, maar misschien vinden we wat beschutting onder een afdakje?"
Bij de ingang van de kerk was een afdak. Het was er in ieder geval droog. Ze gingen zitten, maar niet nadat Potifar Katskelia gevraagd had naar de tekst van een door hemzelf geschreven lied te luisteren. Uit zijn binnenzak haalde hij een stuk papier en hij las: "Kameraden, sterk in vast vertrouwen, scharen w’ons om de Boentoet heen, dienend gaan we ONS Neerland herbouwen! Eén voor allen, allen één,wij rukken op, de vlag in de top en daav’rend klinkt ons lied: de islamiet en linksche kliek, zij krijgen Neerland niet! Kameraden, vreest geen hoon of laster, wapens uit het linksche kamp! De Boentoet wint ondanks de kritikaster, die verrechtsing schuwt als ramp, wij rukken op, de vlag in de top en daav’rend klinkt ons lied: de linksche kliek en islamiet zij krijgen Neerland niet!"
"O, Potifar, schitterend, schitterend, schitterend, waar haal je het vandaan? Wat zal de Grote Boentoet verguld zijn! Nu moet er nog een melodie bij."