31.5.12

Vraag

Heeft Leontine de ziekte van Parkinson?

Peugeot

 
In januari 1938 verscheen de Peugeot 202, de lijnen van de auto volgden die van de grotere 402, met de  koplampen achter de grille. Er was een aantal verschillende types leverbaar: een vierdeurs gesloten versie, al dan niet met een te openen dak, een vier onder de kap, een cabriolet en een bestelversie, die vanwege de vierkante opbouw snel de bijnaam "paquet de tabac" kreeg. De auto had een kopklepviercylindermotor met een inhoud van 1133cc.
De verkoop van de opvolger, de 203, voor het eerst te zien tijdens de Parijse Salon van 1948, begon in januari 1949 en hij kostte een kwart meer dan de 202. Ook van de 203 werden verschillende uitvoeringen geleverd, zoals deze cabriolet, die in het programma stond van october 1951 tot de zomer van 1956. In 1960 rolde de laatste 203 van de band. De viercylinderkopklepmotor had en inhoud van 1290cc. Van de 203 cabriolet zijn 2567 exemplaren gebouwd.

30.5.12

Doc Watson

Jaren geleden interviewde ik de op 29 mei j.l. overleden Doc Watson in Hotel Wiechmann - waar iedere muzikant destijds hoorde te logeren - ergens tussen de vele tapes moet dat gesprek te vinden zijn, maar waar? We zaten voor het raam en de blinde Watson streek met zijn hand over een bloempot, rook aan zijn wijsvinger en zei "messing" hij, hij aaide over de bloemen in de pot en zei "primula's". Hij vertelde dat hij als kind naar een blindenschool was gestuurd, maar dat zijn ouders inzagen, dat hij daar diepongelukkig was. Hij leerde gitaarspelen en nam met familie, vrienden en bekenden voor Folkways begin jaren zestig "Old Time Music at Clarence Ashley's" op,  elpees die in geen enkele verzameling van in "Americana" geinteresseerden horen te ontbreken. Na het gesprek, nam ik een paar dagen later in het Haagse "Diligentia" een concert op, waar hij samen met zoon Merle (overleden in 1985 na de val van een tractor) en Michael Coleman op. Hier is dat legendarische trio.

Mathis

Voor me ligt een klein boekje: "Automobil Veteranen 1910 -1920" op bladzijde 60 staat een Mathis "Babylette", een kleine auto gebouwd door E.E.C. Mathis, Automobilfabrik, Straßburg, Elsaß in 1914. Want Straatsburg lag sinds 1871 in Duitsland, in 1918 werd het weer Frans.

In 1926 verscheen bovenstaande GM voorzien van een viercylindermotor met een inhoud van 1616cc, die ik jl. zaterdag fotografeerde. Mathis bouwde in jaren dertig Ford V8's voor de Franse markt  de zogenaamde Matfords, hetgeen ten koste ging van de productie van eigen auto's.
 Na 1945 werd een prototype van de VL 333 (Voiture Légère, 3 liter op 100km, 3 wielen, 3 personen) gebouwd, maar, in het qua automobielindustrie strak geregisseerde, naoorlogse Frankrijk, lukte het niet de auto daadwerkelijk geproduceerd te krijgen.
 
Mathis probeerde het in 1948 opnieuw met de 666 (6 personen, 6 cylinders, 6 versnellingen), maar ook dat werd ondanks herintroductie op de Salon van 1949 niets.

29.5.12

Alfa Romeo 2

 Gister schreef ik een paar regels over de gelijkenis tussen de Alfa Romeo C6 1750 en de Riley "Imp", hier boven de Alfa Romeo en hier onder onder de Riley.

MG 2

De MG TC was in productie van november 1945 tot en met december 1949, had een kopklepmotor met een inhoud van 1275cc, twee SU-carburateurs en vier versnellingen.

Kannibalisme in de vaderlandse horeca


MG

Als ik aan MG denk, denk ik in de allereerste plaats aan het behendige, kleine sportwagentje van vlak na de oorlog, de TC. Het merk bestond toen zo'n 25 jaar en dankt zijn naam en faam aan de dealer van het merk, Cecil Kimber, die een Morris "Oxford" met een sportieve carrosserie kleedde en "Old Number One" vervolgens van het merk Morris Garages (MG) voorzag. Het bleek een schot in de roos en tot het uitbreken van de oorlog verscheen een reeks van voortreffelijke sportwagens, maar dat niet alleen, ook voor de wat minder in het snelle werk geinteresseerde automobilist kwamen er MG's op de markt, zoals deze VA met een "Tickfordbody". Hier een VA iets verder van huis.


28.5.12

Verkeersbord

SOMS ONTDEK IK EEN HEEL RAADSELACHTIG VERKEERSBORD

Alfa Romeo


Het begri[p 'classic car' - bij ons klassieker - wordt negenennegentig van de honderd keer verkeerd gebruikt, maar deze Alfa Romeo 6C 1750 verdient de naam zonder enige twijfel. Geconcipieerd door Vittorio Jano, een uit Hongaarse ouders in Piedmont geboren auto-ontwerper, die in 1926 voor Alfa Romeo was komen werken. Zijn auto's, eerst met 1500cc-, later met 1750cc-motor wonnen, behalve op Le Mans, alle belangrijke autosportevenementen in de jaren 1928 - '30. De carrosserie van de afgebeelde Alfa Romeo is van Zagato. Alfa Romeo begon ooit als A.L.F.A. (Anonima Lombarda Fabbrica Automobili), nadat er voordien enige jaren was geprobeerd Darracqs in Italië te slijten. In 1915 kwam de fabriek onder leiding van Nicola Romeo, die zorgde voor een flink aantal militaire contracten. 
De gefotografeerde Alfa staat naast de gister op dit blog vermelde Riley, zo op het oog is het enige verband tussen de twee de rode kleur, maar er is meer: de een paar jaar later door Riley gebouwde 'Imp' leek qua carrosserie als twee druppels water op de Alfa.

27.5.12

Kötlndreyer

Om te beginnen met een parafrase op een toentertijd bekend liedje - hoe hij heette ben ik vergeten -  het was iets smoezeligs, net als zijn gedrag: Kötalla, Kötlndreyer of Van de Keuteleire. Meteen, nadat hij bij ons in de buurt was komen wonen, gedroeg hij zich te populair. Hij deed bijvoorbeeld alsof hij me al jaren kende. Ik hou niet van dergelijke types. Dat komt ook door de oorlog, goed bevriende buren verrieden hun joodse buren op hetzelfde trapportaal en gewaarschuwd door mijn ouders begin ik elke kennismaking met de nodige portie argwaan. De rest van de buurt, een enkele uitzondering daargelaten, zwelgde in zijn aandacht en vierde zelfs feestjes met hem. Straatfeestjes, waar ik, ik geef het toe, toch al niet dol op ben, omdat ze in de regel niet verder gaan dan bierhijsen rond een barbeque. Kötlndreyer stelde zijn achtertuin beschikbaar en tot in de kleine uurtjes bleef het geroezemoes in mijn slaapkamer hoorbaar. De stemming in de buurt sloeg echter om toen Kötlndreyer in de net vermelde achtertuin een aan een rouwkamer herinnerend bouwwerk oprichtte, terwijl op loopafstand reeds een te goeder naam en faam bekend staand rouwcentrum gevestigd was. De buurt, die oorspronkelijk graag het glas met Kötlndreyer geheven had, liep te hoop en trachtte de bouw van de inktzwarte doos te stoppen. Ik begon het "Horst Wesselied" iets luider te zingen wanneer ik Kötlndreyer ontwaarde, want ik vind dat je het best je vijanden te lijf kunt gaan met de bij hen passende wanklanken. Dat zorgt voor optimale verwarring.  Ik herinner me, dat precies daarom Ischa Meijer ooit een optreden besloot in SS-uniform met de mededeling dat hij zich zo gekleed het allerbest voelde.

Riley



 De kans dat Citroën ooit nog revolutionnaire voitures à la Traction Avant,  2CV of  DS op de markt zal brengen is nihil, sinds het merk deel uitmaakt van PSA is het gedaan met alles dat riekt naar experiment, sterker de C1 is evenals de Peugeot 107 een in Tsjechië geproduceerde Toyota in een net even ander kostuumpje met een paar afwijkende frutsels. Gister bracht ik de dag door in een rally van oude auto's (goed, er was een enkele nieuweling, zoals een met pseudohout beklede Chrysler Le Baron compleet met continentalkit, maar voor zoveel lelijkheid knijp ik mijn ogen altijd even dicht) en dan wordt duidelijk hoe de samensmelting van autofabrieken orginaliteit de das heeft omgedaan. Er was bijvoorbeeld een geblazen Riley uit het begin van de jaren dertig - wat zegt u Riley? O ja, da's waar ook, mee ondergegaan net als Austin, Morris enz. enz. in het debacle van British Leyland - destijds, medio jaren dertig, stond het merk nog op eigen benen en produceerde, naast leuk gemodelleerde personenauto's (zie hier), tamelijk spartaanse sportwagens, waarin chauffeur en passagier slechts een flinterdun kussentje onder hun achterste hadden, in feite zaten ze op de vloer van het voertuig.

26.5.12

Ooltaimuh & Jangtaimuh

De vaderlanders die zo aangenaam een stukje wegkouten over old- dan wel youngtimers spreken geen Engels maar Duits,  beide begrippen zijn namelijk over komen waaien uit de Bondsrepubliek en dienen dan ook als ooltaimuh en jangtaimuh (rijmt op beheime) te worden uitgesproken. We zien op bovenstaande foto dus twee ooltaimuhs, de eerste afkomstig uit het Grootbritse, de tweede uit de Bondsrepubliek  en natuurlijk is de radiateur van de laatste, een Mercedes, behangen met veroveringstekens.

25.5.12

Swift

Wie nu op zoek gaat naar "Swift" belandt op een website van het Japanse automerk Suzuki, het Britse automerk Swift (uit Coventry) blijkt totaal vergeten. Ook hier hebben we te maken met een naaimachinefabrikant, die via fietsen en motorfietsen bij de productie van auto's belandde. Dat gebeurde in 1900, de auto op de foto dateert uit 1926 en is vermoedelijk een 14/40 met een viercylinderzijklepmotor met een inhoud van 1954cc. In 1931 was het gedaan met Swift, de fabriek kon de competitie met de grote merken niet langer volhouden.

Slagboom

Dat ik IOC-president Rogge bij een ziekenhuis neerzet, ligt voor de hand, de man is arts van huis uit, maar waarom als slagboombewaarder? Plotseling weet ik het weer, in 1972 was ik naar de Kieler Woche, die dat jaar werden beschouwd als pre-Olympische Spelen. Ik ging de Nederlandse zeilploeg interviewen. Ik reed mijn Wolseley 14/60, zoals altijd met mijn gereedschapskist in de kofferbak, want je wist het maar nooit met een meer dan dertig jaar oude auto. Wedstrijdzeilers bleken sleutelaars, dat was een openbaring voor me, maar al gauw werd duidelijk dat ik over meer en soms handiger gereedschap beschikte, zoals haakse schroevendraaiers. Ik kreeg het vererende verzoek mijn auto met gereedschapskist  naar de loods te brengen waar gesleuteld werd en kreeg een pasje om de slagboom te openen om op het terrein te komen. Ik ging de Wolseley halen, maar met het stuur rechts lukte het me niet het pasje voor de slagboom  in de gleuf links te steken, dus ging ik de auto uit, stopte het pasje in de gleuf, maar voordat ik weer achter het stuur zat,  ging de slagboom weer naar beneden. Toen verscheen achter me een Brit, uiteraard ook in een auto met het stuur rechts. We begonnen beiden te lachen: "Ha, die Duitsers, overal aan gedacht, perfect georganiseerd, maar totaal vergeten dat er auto's waren met het stuur aan de "verkeerde" kant. We hebben vervolgens met elkaars pasjes ons toegang verschaft.
Ergens in mijn hoofd is het verband tussen slagboom en Olympische Spelen blijven hangen.

Spelen

 
Zingen en sport hebben niets met elkaar te maken, tenminste dat wordt ons voorgehouden door de hoogmogenden in die disciplines. Soms grijpt politiek in, zoals in 1972 toen een deel van de Israelische olympische ploeg in München werd  vermoord, maar de spelen gingen door en nu, veertig jaar na dato, familie van de slachtoffers vraagt om een minuut stilte in Londen, wordt dat door Rogge c.s. geweigerd. Ik heb even opgezocht wat Martin van Amerongen over München schreef:  
"Ik herinner mij de Olympische Spelen in München, in 1972, waarop enige Palestijnse vredesduiven in het kader van de olympische gedachte driekwart van de Israelische equipe liquideerden. Van het ene moment op het andere moesten de sportverslaggevers plotseling echt journalistiek werk verrichten. Snotterend stonden zij op het vliegveld Fürstenfeldbruck en stamelden in hun microfoon dat het ze allemaal te veel werd. "Ik kan het niet, woorden schieten te kort, ik word door emoties overmand." Gelukkig voor hen besliste het Olympische Comité even later dat de show koste wat het kost door moest gaan, zodat de verslaggevers, met een laatste trilling in de stem, weer in de vertrouwde routine konden terugvallen. Is het niet ongelooflijk, waarde kijkers en luisteraars! De hardloopster X heeft de vierhonderd meten eentiende seconde sneller gelopen dan Y en is daarom ten overstaan van een uitzinnig stadion met goud behangen! En nu terug naar Hilversum... De situatie was  genormaliseerd. Niettemin was ik toen al van mening dat het beter was geweest de betreffende nieuwsjagers naar de NOS-administratie te degraderen."
Mischien kan Rogge slagboombewaker worden van het parkeerterrein van een ziekenhuis in Gent.
 

Songfestival 3

Toelichting in de VPRO GIDS bij een Belgisch televisieprogramma
Naar wij uit betrouwbare bron hebben vernomen is de voltallige gidsredactie n.a.v. dit artikeltje  door president Aliyev uitgenodigd voor een officieel staatsbezoek aan Azerbeidzjan.

24.5.12

Wobbe

Wat oek nochal wat soaden anne dyk sette kan wat besunigingen angaat is 't lezen fan doadsberichten inne krant. Je hale gauw 'n makkeluk maaltsje op ajje fan begraffenis naar begraffenis gane, koffy en koek is dur altyten, mar soms is dur meer en je hoewe dur niks andus foar te doen dan'n slap hansje te gewen en "Gecondoleerd met ''t verlies" te mompelen. Ajje 'n bitsje uutkyke kanne je selfs 'un paar plakjes keek inne buse stoppe, altyten metnomen ajje onferwacht fisite krije."

Opruimen en aanschaffen

Terwijk ik aan de ene kant driftig aan het opruimen ben, kan ik het niet nalaten toch weer boeken aan te schaffen. Vanmorgen vond ik op de markt een album van de Biscuitfabriek "Patria" uit 1936 met ingeplakte vliegtuigplaatjes. Zoiets kan ik niet laten liggen, want met name het hoofdstuk "Vreemde Vogels", vol bouwsels uit de jaren dertig heeft mijn interesse. Het Amerikaanse Arupvliegtuig, een soort vliegende pannenkoek was mij volslagen onbekend, ook de Westland Hill "Pterodactyl" (foto boven), een staartloos vliegtuig kende ik, in tegenstelling tot de pogingen van Handley-Page om zo'n machine te bouwen, niet. 
 Een Lanier "Vacuplane" en het door de Duitse ingenieur Rohrbach ontworpen schoepvleugelvliegtuig deden ook geen belletjes rinkelen.

Talbot 2

Motorkappen zijn tegenwoordig van buitenaf niet meer te openen. Dat was ooit anders. Mijn eerste Traction Avant had kort in Amsterdam geparkeerd gestaan en eenmaal onderweg naar Breukelen op de A2 gingen beide helften van de motorkap als vleugels omhoog. Ik zocht razendsnel de vluchtstrook op en vergrendelde de door een of andere nieuwsgierige passant geopende kap. Mijn Panhard heeft om dit soort ellende te voorkomen van fabriekswege een slotje op de motorkap. Ik blijf van andermans motorkappen af en toen de motorkap van de Talbot Lago (zie  dit blog van 22 mei j.l.) gesloten was, heb ik dit zo gelaten. Maar gister stond hij open en kon ik de zescylinder zien. In 1950 leverde de fabriek 433 auto's.

23.5.12

SMSS in 1857


Nee, ik heb geen mobielnummer en ik SMS daarom ook niet. Zo nu en dan vang ik iets op over het gehanteerde alfabet en denk dan aan een artikel in "Youth's Friend" uitgegeven in Cincinnati in november in 1857, want zoals zo vaak is er niets nieuws onder de zon. Natuurlijk zijn er verschillen, want ging destijds om een fonetisch alfabet, maar ik vind het bijzonder genoeg om een deel van een verhaal (inclusief het gebruikte alfabet) hier te laten volgen.

Wobbe

"Soas ik jim beloofd hew, kom ik opnij met besunigingen dyt jim seer eenfoudich deurfoere kenne en dyt jim feul foordeel oplevere kenne. Je mutte gin mest kope bij 't tuunsintrim das feulstens te duur: bruuk jim eigen stront maar, daar groeie de doppurtsjes krek soa goed fan. En as jim bang binne dat de katten ute buurt jim groentetuun ferinnewere, dan is dur mar een goeie oplossing: slachte dy krengen en opfrete as dakhaas!"

Songfestival 2

Ik vergat gister nog te melden dat de echtgenote van dictator Aliyev met 94% van de stemmen in het Azerischijnparlement gekozen werd. Op de foto het echtpaar.

Darrin

 Rolls-Royce mag dan wel de oude modelnamen "Ghost" en "Phantom" in ere hersteld hebben, maar fraai zijn de auto's allesbehalve. De tegenwoordige Rollses zijn lomp. Nee, dan deze "Phantom", waarin ik j.l. zaterdag ogenblikkelijk de meesterhand van "Dutch" Darrin herkende, een Amerikaan die samen met  een andere Amerikaan, Tom Hibbard, met hun Parijse firma schitterende staaltjes auto-ontwerpen liet zien. Want dat was destijds usance, je kocht het chassis bij een fabriek en liet er door een speciale firma een carrosserie op zetten.

22.5.12

Songfestival

Juist, het kratje pils is ingeslagen en de bijbehorende chips liggen onder handbereik: Europa is weer klaar voor het Eurovisiesongfestival, dat dit jaar tot ons gebracht wordt uit Baku, de hoofdstad van Azerbeidzjan, een corrupt land waar de familie Aliyev de scepter zwaait en iedere oppositie onmogelijk maakt. Maar zoals de lezer weet heeft, volgens het in de sport gezaghebbend volkje, sport niets met politiek te maken en muziek dient zich volgens de European Broadcasting Union ook ver van politiek te houden. Sport en muziek zijn geheel zelfstandige entiteiten volgens de leegschedelige sport- en tv-bobo's. De Azeritelevisie zond tijdens een vorig songfestival de bijdrage van Armenië niet uit en men kon vanuit Azerbeidzjan evenmin op de Armeense bijdrage stemmen, de televisies in Baku e.o. gingen op zwart. De Armeense televisie heeft dan ook besloten dit jaar geen afvaardiging naar het Eurovisiesongfestival te sturen: te gevaarlijk. Kritische journalisten worden in Azerbeidzjan gemuilkorfd en eventueel vermoord, satiristen verdwijnen in de gevangenis. Nee, Azerbeidzjan is echt een land waar je een festival kunt organiseren. Een schoonzoon van dictator Ilham Aliyev, Emin Agalarov (foto) verzorgt dit jaar het pauzenummer. Misschien dat de NTR kan overwegen dan eveneens op zwart te gaan.

Talbot

Het tegenwoordige, tot het Volkwagenconcern behorende, Bugatti heeft natuurlijk niets te maken met Ettore Bugatti, maar is in leven geroepen om volk met een pietsje te veel pecunia aan hun gerief te helpen. Dergelijke manoeuvres zijn niet onbekend in autoland: men doopt merken om, om ze in hoger aanzien te brengen, zo werd DKW Audi, Bianchi (of eigenlijk Autobianchi) Lancia en Simca Talbot. Vooral laatstgenoemde naamswijziging was natuurlijk redelijk lachwekkend, want de "Solara" had niets te maken met het medio jaren vijftig ter ziele gegane sportieve Talbot, sinds 1935 onder leiding van Tony Lago. Jongstleden zaterdag zag ik deze Talbot - een echte dus - uit 1949-'50, een Lago-Record conduite interérieure.

21.5.12

Draaiorgel





Gister was ik met heel andere bedoelingen in Leeuwarden, toen ik vanuit het stadspark, de Prinsentuin, draaiorgelklanken hoorde. Natuurlijk ben ik gaan kijken en luisteren, want wat is er leuker dan draaiorgelmuziek in een park en je van het ene naar het andere orgel loopt en je de klanken als het ware hoort verwaaien. Het kleinste orgel was, hoe kan  het anders, een "Leierkasten", een echte uit Berlijn. Maar ze waren er in soorten en maten, het grootste was het recent gebouwde "De Vijf Prominenten" waarop alle befaamde Nederlandse draaiorgelbouwers staan afgebeeld. "De Fruitschalen" was er en "De Noorderkroon", maar ook een kleiner orgel waar ik de naam niet van heb ontdekt. In elk geval was het zeer de moeite waard.

Bianchi

 De naam Bianchi herinner ik me, behalve als de naam van een alleraardigst ouder echtpaar dat tegenover me woonde, ook als automerk, dat in 1957 uit de as herrees als Fiat 500, maar dan in een zondagsjurkje. Het eigenlijke merk was in 1938 al verdwenen, het was een van de oudste Italiaanse autofabrieken: "SA Automobile e Velocipedi Eduardo Bianchi, Milano" en dateerde uit 1899. Fietsen van het merk verschenen overigens als sinds 1885 en worden nog steeds gebouwd. Natuurlijk staan er een paar Bianchi's uit het eerste decennium van de vorige eeuw tussen mijn autominiaturen. Maar een echte had ik tot j.l. zaterdag nooit gezien tot ik mijn Citroën bij "Classic Jaap" in Dalfsen binnenstuurde.
Er is iets mis met de versnellingsbak en omdat het enorme gevaarte (vergeleken met een moderne bak) uitgenomen was, kon ik hem fotograferen. De aandrijving op de achterwielen vond plaats met kettingen, dat was destijds usance. Bianchi maakte degelijke auto's met viercylindermotoren.